Reizigers lieten zich deze zomer niet afschrikken door dure vliegtickets en chaos op luchthavens. Ondanks de hoge olieprijzen draaiden luchtvaartmaatschappijen een (economische) topzomer.
Na een woelige zomer – met chaos op luchthavens, tienduizenden geannuleerde vluchten, personeelstekorten en sociale onrust bij maatschappijen – kan de Europese luchtvaart tevreden terugkijken op het hoogseizoen. Bezorgden de oorlog in Oekraïne en de hoge olieprijzen de luchtvaartsector dit voorjaar nog veel hoofdbrekens, dan bleek deze zomer dat reizigers meer dan bereid waren om de fors gestegen kosten te betalen.
‘De prijzen lagen substantieel hoger dan voor corona’, zegt luchtvaarteconoom Wouter Dewulf (UAntwerpen). Vliegtickets zullen eind dit jaar gemiddeld zowat een vijfde duurder zijn dan vorig jaar, voorspelde de Duitse verzekeraar Allianz in een recent rapport. Een beperkte vergelijking van boekingssite Kayak toonde dat de ticketprijzen op populaire toeristische bestemmingen tot 90 % hoger gingen dan vorig jaar. Zelfs Ryanair-baas Michael O’Leary merkte op dat de tijd van spotgoedkope vluchten voorbij is.
‘Maar de vliegtuigen zaten afgeladen vol’, zegt Dewulf. ‘Zeker binnen Europa werd massaal gereisd, ook omdat er nog altijd minder concurrentie van intercontinentale bestemmingen was dan voor corona.’ Met een capaciteit die lager was dan de vraag, konden luchtvaartmaatschappijen probleemloos de hogere kosten doorrekenen aan passagiers, van wie velen twee jaar niet met het vliegtuig op reis waren geweest.
Omdat luchthavens en maatschappijen de grote vraag niet meer konden bestieren, besloot het Duitse Lufthansa in juli geen zomertickets meer te verkopen tegen minder dan 500 euro (enkel). Maar dat kon de reislust niet temmen. Lufthansa’s opbrengsten per passagier, per gevlogen kilometer, lagen deze zomer 23 % hoger dan in 2019, en bereikten een recordhoogte, bleek donderdag bij de voorstelling van de kwartaalresultaten. En ondanks de economische onweerswolken blijft ‘de wens om te reizen en de vraag naar vliegtickets onverminderd’, voegde ceo Carsten Spohr eraan toe.
Topzomer
Lufthansa, de Duitse moeder van Brussels Airlines, maakte donderdag als eerste van de grote Europese luchtvaartgroepen haar resultaten voor de zomer bekend. Behalve Brussels Airlines schrijven ook Lufthansa zelf en zustermaatschappijen Austrian en Swiss Airlines mooie resultaten in de boeken. Air France-KLM en IAG (het moederbedrijf boven British Airways) volgen vrijdag, maar voorspellingen van analisten en eerdere communicatie maken nu al duidelijk dat de Europese luchtvaartmaatschappijen een topzomer achter de rug hebben, en – in de woorden van Spohr – de pandemie ‘economisch’ achter zich hebben gelaten.
Brussels Airlines kon zelfs de hoogste kwartaalwinst in zijn geschiedenis optekenen voor afgelopen kwartaal, bleek donderdag bij voorstelling van de resultaten. Vloog de luchtvaartmaatschappij nog onder hoogspanning de zomer in (waarbij het in juli en augustus bijna 700 vluchten moest schrappen om de onrust bij het personeel te blussen), dan bleken de economische resultaten over heel de lijn positief: Brussels Airlines trok de helft meer passagiers (2,28 miljoen) dan in de zomer van 2021, toen de eerste tekenen van herstel al zichtbaar waren. De omzet steeg met 80 %, tot 436 miljoen euro, en de maatschappij maakte van juli tot en met september 51 miljoen euro winst (ebit), terwijl dat in de coronazomer van 2020 nog een verlies van 51 miljoen euro was.
De topzomer zal de verliezen van de eerste jaarhelft (89 miljoen euro ebit) niet meer kunnen compenseren om het jaar break-even af te sluiten. ‘Maar we hebben bewezen dat we in staat zijn het tij te keren’, zegt cfo Nina Oewerdieck. Ze wijst erop dat de herstructurering en het kostenbesparingsprogramma, versneld door de coronacrisis, hun vruchten afwerpen.
Vanaf volgend jaar wil Brussels Airlines over heel het jaar gezien zwarte cijfers in de boeken schrijven. Maar het grootste bewijs dat Brussels Airlines na de coronacrisis weer met vertrouwen naar de toekomst kijkt, is het voornemen om de 290 miljoen euro overheidssteun die het in 2020 kreeg, dit jaar volledig terug te betalen – vier jaar vroeger dan moet.
