Voor het eerst in 13 jaar minder geld in eurozone

Autoliefhebbers kennen de letter- en cijfercombinatie M3 als de typeaanduiding van een sportwagen van BMW. Maar ook in financiële kringen is M3 een begrip. Het staat voor de brede geldhoeveelheid. Dus niet alleen bankbiljetten, munten en zichtrekeningen, ook geld op spaardeposito’s en termijnrekeningen met een looptijd tot twee jaar. De geldhoeveelheid geldt als een thermometer voor de economie: hoe meer geld in omloop, hoe uitbundiger de groei.

De geldhoeveelheid in de eurozone groeit onafgebroken sinds mei 2010. Maar deze week werd de trend doorbroken. Voor het eerst in dertien jaar was er sprake van een daling. In juli was er 15.956,5 miljard euro in omloop, 0,40 % minder dan een jaar eerder. Het onderdeel ‘cash geld en onmiddellijk opneembare tegoeden’ – zeg maar geld in de portemonnee en op de zichtrekening – ligt nu zelfs 9,20 % lager dan een jaar eerder.

Toont de thermometer dat de Europese economie er beroerd aan toe is?

Minder geld betekent minder economische activiteit, minder economische activiteit betekent kans op een recessie, en een recessie betekent een pauze in de welvaartsgroei. Maar zo simpel is het niet, legt hoofdeconoom Peter Vanden Houte van ING België uit. Een probleem is dat het cijfer beïnvloed wordt doordat de ECB de geldpomp, die jarenlang op volle kracht heeft gedraaid, nu in achteruit heeft geschakeld. De pomp is een stofzuiger geworden, die geld opzuigt. In monetaire taal: de kwantitatieve versoepeling is omgezet in kwantitatieve verstrakking.

Daarnaast is er sprake van geld dat van zicht- en spaarrekeningen wordt omgezet in langlopende obligaties of termijnrekeningen. Een effect van de hogere rente. Omdat beleggingen met een looptijd van meer dan twee jaar niet meetellen voor de geldhoeveelheid, verdwijnen ze uit deze statistiek. Maar niet uit de economie.

Wat is er aan de hand?

Dat wil niet zeggen dat er niets aan de hand is. De geldhoeveelheid hangt ook samen met de kredietverlening. Banken die een hypotheek of een bedrijfskrediet verstrekken, scheppen immers autonoom geld. Daar wringt nu het schoentje. De kredietverstrekking groeit in een steeds trager tempo. Vanden Houte: ‘Dat is de relevante informatie in het rapport.’ Vooral woonkredieten groeiden maar 1,30 % op jaarbasis. Eind 2021 was dat nog zo’n 4,50 %.

Zwakkere kredietverlening wijst op een verzwakkende economie. Maar anderzijds is het wel precies wat de ECB beoogt met haar rentebeleid. Duurdere hypotheken en autoleningen weerhouden huishoudens ervan een verbouwing te plannen of een nieuwe wagen te kopen. Daardoor is er minder vraag in de bouwsector en de auto-industrie, wat de prijs van een nieuwe keuken of gezinswagen zou moeten temperen. De inflatie neemt daardoor af.

‘Het monetair beleid van de ECB heeft effect’, concludeert Vanden Houte. De kans dat de centrale bank in september de depositorente nogmaals verhoogt, neemt daardoor af. ‘Een rentepauze is een mogelijkheid. Voorstanders daarvan hebben nu een extra argument’. Toch zullen de inflatiecijfers uiteindelijk doorslaggevend zijn. Het cijfer voor de eurozone wordt donderdag gepubliceerd.

MOOIJMAN, R. Voor het eerst in 13 jaar minder geld in eurozone. De Standaard, 30 augustus 2023, 18.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo