Minder jobs door de indexering? Dat valt nu enorm mee

Volgens veel economen betalen we de automatische indexering pas later, via een ontspoorde begroting en een verlies aan concurrentievermogen. Maar waar dat eerste ook nu lijkt de kloppen, hebben we nauwelijks last van het tweede.

Econoom Ive Marx merkte in deze krant op dat België – precies doordat het zich weinig aantrekt van internationale aanbevelingen – bijna een gidsland is geworden. De cijfers over de economische groei in het laatste kwartaal van 2022 en het eerste kwartaal van dit jaar lijken hem gelijk te geven. België deed het veel beter dan de buurlanden. Economen wijzen op de ­automatische indexering als belangrijkste verklaring, die de koopkracht in België deed toenemen ondanks de inflatie. In ons land steeg de consumptie.

Aan die automatische indexering hangt natuurlijk een prijs: iemand moet die hogere lonen en uitkeringen betalen. Dat is ook de grote kritiek op de automatische indexering: het systeem is blind en kijkt niet of de bedrijven en de overheid (voor de ambtenarenlonen en uitkeringen) die ­indexering wel kunnen ophoesten. Volgens heel wat economen betalen we die indexering pas later, via een ontspoorde begroting en een verlies aan concurrentievermogen, wat tot minder jobs leidt. Maar waar dat eerste ook nu lijkt te kloppen, lijkt het tweede tegenwoordig een veel minder groot probleem.

Periode 2008-2014

Dat was duidelijk anders in de periode 2008-2014. In de twee jaar voor de financiële crisis in 2008 liep de inflatie ook al op, doordat de olieprijs steeg tot ­150 dollar per vat. Dat maakte toen dat door de automatische indexering de lonen in België sneller stegen dan in de buurlanden, wat Belgische arbeiders relatief duurder maakte. Op de arbeidsmarkt volgden enkele moeilijke jaren met een toename van de werkloosheid en enkele grote bedrijfssluitingen, zoals die van Opel Antwerpen en Ford Genk. Ook de handels­balans verslechterde snel. Die duurdere arbeiderslonen ­waren natuurlijk niet de enige reden waarom fabrieken dichtgingen, maar de indexering speelde zeker een rol. Het doembeeld van een ­industrie die bijna volledig uit België vertrok, dook her en der op.

Huidige periode

Dat lijkt nu helemaal anders, wat misschien de verklaring is waarom België zo verrassend goed standhoudt. De automatische indexering lijkt de concurrentiepositie en ­arbeidsmarkt niet meer zo hard te bedreigen als 10-15 jaar geleden. In 2010 en 2012 gingen er in België bijvoorbeeld 13.017 en 16.707 banen verloren door collectief ontslag. In het oorlogs- en inflatiejaar 2022 waren dat er volgens de FOD Arbeid slechts 3.705. Ook werden vorig jaar 100.000 jobs gecreëerd.

De arbeidsmarkt lijkt veel minder last te hebben van de automatische indexering dan vroeger. De vraag naar arbeid blijft hoog. Ook de offshoring van productielijnen naar goedkopere landen lijkt zo goed als voorbij. Voor de grote exportbedrijven die in België gebleven zijn, is het aandeel van de lonen in de totale kosten niet zo groot, waardoor de indexering makkelijker te verteren is. Heel wat Belgische ­afdelingen van multinationals kregen de voorbije jaren ook een belangrijkere rol in de klimaattransitie, als de pioniersfabriek die nieuwe technologieën moet uittesten. We staan er dus een pak beter voor dan vijftien jaar ­geleden.

DECOCK, S. Minder jobs door de indexering? Dat valt nu enorm mee. De Standaard, 5 juni 2023, 18.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo