Tegen 2025 moeten elektrische auto’s van de productieband rollen die ontworpen en gebouwd zijn door een joint venture van de Japanse multinationals Sony en Honda.
Nog dit jaar richten elektronicagigant Sony en autobouwer Honda een nieuw, gezamenlijk bedrijf op om elektrische auto’s te maken. De joint venture zal de e-wagens ontwerpen en verkopen. Honda staat in voor de productie en Sony zal een softwareplatform voor mobiliteitsdiensten ontwikkelen.
Het nieuwe bedrijf heeft nog geen naam, maar de start van de verkoop van e-auto’s is gepland in 2025.
Voor de ceo van Sony, Kenichiro Yoshida, is de alliantie een win-win voor beide bedrijven. ‘We brengen onze technologische troeven en ervaring samen om de leiding te nemen in de ontwikkeling van nieuwe, duurzame mobiliteitstrends.’ Volgens de ceo van Honda, Toshihiro Mibe, is het niet uitgesloten dat andere (Japanse) bedrijven zich bij hen aansluiten.
In ieder geval maakt de deal met Honda het voor techgigant Sony mogelijk om snel een belangrijke speler te worden op de boomende markt voor elektrische auto’s. Sony was zelf al bezig met het ontwerp van twee prototypes, en presenteerde die begin dit jaar ook op de technologiebeurs CES, maar had tot nu toe geen partner gevonden waarmee het zijn Vision-S 01 en 02 in productie kon nemen. De expertise van een klassieke autobouwer als Honda komt daarvoor als geroepen. Omgekeerd hoopt Honda op termijn te profiteren van de software-expertise van Sony in de (langetermijn-)ontwikkeling van zelfrijdende wagens.
Miljarden gezocht
Financiële details over de joint venture werden niet bekendgemaakt, maar Honda maakt alvast werk van de zoektocht naar extra kapitaal om het project te financieren. Het Japanse automerk heeft onlangs 2,75 miljard dollar opgehaald bij de uitgifte van ‘groene’ bedrijfsobligaties.
In november vorig jaar had het Amerikaanse Ford bij een gelijkaardige operatie al 2,5 miljard dollar ingezameld. Ford maakte eerder deze week bekend dat het in totaal 50 miljard dollar zal spenderen aan de bouw van elektrische wagens.
