Voor uw koopkracht was 2019 een topjaar

De huishoudens konden vorig jaar niet klagen over de inhoud van hun portemonnee. Slechter is het gesteld met de staatsfinanciën.

Alle Belgen samen hadden vorig jaar 2,50 % meer te besteden dan het jaar voordien. Die stijging was de hoogste sinds 2007. Dat staat in het jaarverslag van de Nationale Bank van België.

beschikbaar inkomen

De stijging was bijna dubbel zo groot als het gemiddelde over de afgelopen vijf jaar. Dat had voor een klein deel te maken met de in­werkingtreding van de derde fase van de taxshift. Vanaf 1 januari steeg de belastingvrije som en nam de fiscale werkbonus toe. Behalve de verminderde belastingdruk die daar het gevolg van was, speelden nog elementen in het voordeel van de huishoudens.

Het grootste deel van de koopkrachtstijging had te maken met hogere lonen. Niet alleen stegen de brutolonen, maar er waren ook meer mensen aan het werk, waardoor het arbeidsvolume toenam. Ook de inkomens uit vermogen droegen bij aan de verhoogde koopkracht. De huishoudens ontvingen meer rente en dividend dan ze aan rente voor hun woonleningen betaalden. Bovendien was de inflatie lager, onder meer doordat energie goedkoper was.

Woonbonus

De extra middelen werden gedeeltelijk ingezet om te sparen. Van het beschikbaar inkomen werd 12,90 % niet uitgegeven. Dat cijfer lag hoger dan in de jaren ervoor. De gezinnen gaven ook meer uit, maar die stijging bedroeg slechts 1,10 %. Het jaar voordien was dat 1,50 %. Het geld dat de Belgen niet uitgaven aan extra etentjes, auto’s of vakanties, staken ze in vastgoed. De investeringen in woningen stegen vorig jaar met maar liefst 5,90 %. Naar de reden hoeft niet lang gezocht te worden: de afschaffing van de woonbonus in Vlaanderen veroorzaakte een kortstondige hausse op de vastgoedmarkt. Daarnaast deed ook de lage rente de geldstroom naar vastgoed verder aanzwellen.

De Belgische economie draaide vorig jaar behoorlijk, stelde gouverneur Pierre Wunsch van de Nationale Bank vast. De groei bedroeg 1,40 %, zo bleek eerder deze maand al. Dat is nauwelijks minder dan het jaar voordien, terwijl de groei in de meeste delen van de wereld stevig vertraagde. Ter vergelijking: in de eurozone zakte de groei van 1,80 % in 2018 naar 1,20 % in 2019.

‘België heeft beter weerstand geboden tegen de internationale conjunctuur’, stelt Wunsch vast. Dat heeft gedeeltelijk te maken met de structuur van de Belgische economie. We zijn bijvoorbeeld minder afhankelijke van industriële productie dan Duitsland. En de industriële sectoren waar België sterk in is, zoals farma en chemie, zijn wat minder conjunctuurgevoelig.

Onbedoeld steun door begrotingstekort

Bovendien kreeg de economie onbedoeld steun door het ‘expansieve begrotingsbeleid’ – lees: het oplopende begrotingstekort. De overheid gaf meer uit dan er binnenkwam, en die kloof was een stuk breder dan het jaar voordien, ook als eenmalige factoren eruit gefilterd worden. Op zich een ongunstige evolutie, maar het extra geld kwam wel in de economie terecht. ‘Voor een ondersteunend begrotingsbeleid was de timing niet slecht, maar dat was toevallig’, merkte Wunsch niet zonder ironie op.

Zoals eerder bekendraakte, dreigt het Belgische tekort zonder ingrepen volgend jaar het op één na hoogste van de Europese Unie te worden. Alleen Italië zou het dan nog slechter doen. ‘We moeten dat op orde krijgen, anders zullen we ons in slecht gezelschap bevinden’, zei Wunsch. Het nominaal tekort bedroeg vorig jaar 1,70 % van het bbp, maar structureel – los van de conjunctuur en eenmalige effecten – was er een tekort van 2,40 %.

MOOIJMAN, R. Voor uw koopkracht was 2019 een topjaar. De Standaard, 14 februari 2020, 22.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo