‘Winst is maar een bijproduct van onze groei’

Als Takeaway.com en JustEat hun fusieplannen kunnen verzilveren, komt de Nederlander Jitse Groen aan het hoofd van de op één na grootste bestelsite voor maaltijden ter wereld. ‘Ik heb me nooit laten afleiden voor winst op korte termijn.’

‘Amper vijf uur geslapen en dan moet ik op de ­foto.’ Jitse Groen, de Nederlandse oprichter en topman van Take­away.com, poseert met gezonde tegenzin voor onze fotograaf, terwijl hij ongeduldig rondkijkt en de verbouwingen in zijn Amsterdamse hoofdkantoor becommentarieert. Stilstaan is niet aan Groen besteed. In minder dan twintig jaar bouwde hij zijn bedrijf, vanuit zijn studenten­kamer in Enschede, uit tot een van de grootste bestelsites voor maaltijden ter wereld. Als hij de ­geplande fusie met het Deense Just­Eat tot een goed einde brengt, wordt ­Just Eat Takeaway.com zelfs de op één na grootste, na het Chinese ­Meituan-Dianping.

Maar in de hyperconcurrentiële markt kan hij zich niet veroorloven achterover te leunen, zegt Groen. Alles moet wijken voor groei. ‘In Berlijn hebben we net drie nieuwe kantoorgebouwen. Voor het derde hebben we nog geen bestemming, we weten alleen dat we het nodig zullen hebben als het binnen een jaar wordt opgeleverd.’ De Duitse markt ligt open, nadat Take­away.com ­Delivery Hero heeft overgenomen en concurrent Deliveroo de handdoek moest gooien.

Hoe belangrijk is die markt?

‘Duitsland lijkt op Nederland, maar loopt achter. Hier bestelt 29,00 % van de bevolking minstens een keer per jaar via onze website (Thuis­bezorgd.nl, red.), in Duitsland is dat maar 14,00 %. Mensen zijn er nog steeds gewoon om Chinees, pizza of sushi via de telefoon te bestellen. De telefoon door internet vervangen, is het leeuwendeel van onze groei.’

‘Maar Duitsland telt vijf keer meer inwoners dan Nederland, en dus kost de marketing, zoals tv-spots en affiches in bushokjes, ook vijf keer meer. Alleen: we verwerken er maar twee keer meer bestellingen dan hier. We kunnen het nog lang niet even rustig aan doen. Ook in Nederland gaat dat niet: die 29,00 % moet 70 worden.’

Maar nu jullie er de grootste zijn, heeft dat wel voordelen.

‘In de meeste landen is er maar plaats voor één rendabele speler. Als je een pak groter bent, wordt marketing relatief goedkoper. Je hebt al meer klanten en restaurants, en met dezelfde honderd euro bereik je meer mensen. We voegen nu honderdduizenden nieuwe klanten toe per maand. Honderdduizenden! Dat kan alleen als je miljoenen bestellingen per maand doet. Toegegeven, het is complexer geworden nu we ook zelf maaltijden bezorgen.’

Waarom bent u met leveringen begonnen? U zei eerder dat er geen geld mee te verdienen valt.

‘Inderdaad. Daarom gaan al die logistieke spelers failliet. Hun verdienmodel werkt gewoon niet. Deliveroo en UberEats voegen een bezorgdienst toe aan restaurants die nog geen bezorgdienst hebben. Dat is iets wezenlijks anders dan wat wij doen: mensen overtuigen om via het internet te bestellen in plaats van de telefoon.’

‘Zelfs op kleine schaal valt er geen cent te verdienen met het bezorgen van maaltijden. En hoe groter je wordt, hoe meer geld je verliest. Het Belgische Take Eat Easy is daar het beste voorbeeld van. Dat bedrijf was zo succesvol dat het bankroet is gegaan.’

‘Als grote maaltijdbestelsite zitten we in een goede positie om een bezorgdienst aan te bieden. Maar toch maken we er verlies op. En dan roepen anderen dat ze er winst mee zullen maken? In Noord-Europa zijn mensen niet bereid te betalen voor leveringen. Als je nu gesubsidieerd – want die bedrijven maken veel verlies – drie euro bezorgkosten vraagt, moet je al zes euro vragen als je een koerier voor twee bestellingen per uur een minimumloon wil geven. En dan moet je ook nog reclame maken, een IT-systeem uitwerken en de service onderhouden.’

‘Deliveroo en Uber­Eats dragen amper sociale premies of belastingen af, en zelfs dan blijkt het ingewikkeld om er geld mee te verdienen. Uiteindelijk wend je het verlies ofwel af op de bezorger, ofwel op de staat.’

En toch bent u ermee begonnen?

‘Omdat de klant het wil. Anders gaat hij naar een andere website. En ja, het vreet aan onze marges, alleen: niet genoeg (lacht). Dat neemt niet weg dat het een mooie dienst is. Onze koeriers zijn intussen in zeventig Europese steden actief en leveren zo’n 5,00 % van onze bestellingen.’

Jullie kiezen er ook bewust voor om met koeriers in vaste dienst te werken.

‘Ik weet dat onze concurrentie dat niet doet, en met zelfstandigen werkt. Volgens ons is het niet legaal. België is wel een wonderlijk verhaal. De regering vond die maaltijdleveranciers heel erg hip en wou ze ondersteunen met een apart regime (de wet op deeleconomie, red.). Dat onbelast bijverdienen was bedoeld voor particulieren onder elkaar. En dan komen enkele bedrijven, die miljarden waard zijn, vertellen dat ze diensten van particulier tot particulier voorzien …’

Uber en Deliveroo hebben diepe zakken. Ook als ze verlies blijven draaien, kunnen ze nog lang stevige concurrentie bieden.

‘Hoewel er heel veel bewijs is dat je geen geld kan verdienen met maaltijden bezorgen, wordt er heel veel geld tegenaan gegooid. Het zal een teken van deze tijd zijn. Zonder de aanhoudende lage rente waren die bedrijven er nooit geweest.’

Met dark kitchens – keukens in containers die alleen bezorgmaaltijden bereiden – zouden ze hun rendabiliteit kunnen opkrikken.

‘De dark kitchen is een verzinsel van bedrijven met een zakenmodel dat niet werkt om toch heel veel investeringsgeld naar zich toe te trekken. Hoe is eten bereiden in een container nou anders dan een bezorgrestaurant? Het is feitelijk hetzelfde, en dus ben je als bedrijf een restaurant aan het runnen. Ik zeg niet dat een restaurant een slecht businessmodel is, maar zou jij daar tien keer de omzet voor betalen? Want dat doen die investeerders nu.’

En robots of drones die de bezorgkosten doen dalen?

‘Gaat een robot van 30.000 euro een bezorger vervangen die 14 euro per uur verdient? Of de lift nemen om boven te leveren? En stel dat het kan. Wie zal dan de meeste robots kunnen kopen? Het bedrijf dat niet meer bestaat of het bedrijf dat wel nog bestaat?’

Ook Takeaway.com maakte nog geen winst.

‘Nou, het eerste halfjaar waren we ebitda-positief. Het model voor 95,00 % van onze bestellingen is inherent winstgevend. In Nederland verdienen we veel geld, Just­Eat doet dat ook in Engeland. In Duitsland liggen de kaarten nog anders(het derde kwartaal was ebitda-positief, red.). Maar we hebben er vorig jaar ook 135 miljoen euro aan marketing uitgegeven. Als we dat budget verlagen, maken we onmiddellijk winst, maar boeten we in op groei. Onze strategie is: iedereen moet minstens een keer per week ons merk hebben gezien. Door een koerier, een advertentie op internet, tv-spot of sticker. Winst is meer een bijproduct van de groei.’

Cultuurclash

De volgende doelen zijn het VK en de fusie met JustEat.

‘Het wordt een uitdaging om twee bedrijfsculturen met elkaar te versmelten. JustEat werkt nu gedecentraliseerd met lokale afdelingen. Maar wij werden hoorndol van al die landen. In Nederland liep het goed, elders minder. Daarom hebben we alles samengevoegd: in België heeft de klantenservice dezelfde contactpersoon als in Polen.Binnen Europa zijn er ook weinig culturele verschillen. In alle grote steden kan je ongeveer hetzelfde bestellen op onze site. Het ene jaar is de pokébowl helemaal hip, het volgende jaar weer iets anders. Al krijgen we in België veel meer bestellingen rond de lunch dan in Nederland (lacht). Maar dat maakt onze computer niet uit.’

Enkele aandeelhouders van Just­Eat verzetten zich tegen de fusie.

‘Zowel het management van JustEat als Takeaway.com vindt dit een goede deal. Maar ik kan me voorstellen dat er individuele aandeelhouders dat vanuit hun perspectief niet vinden. En we hebben te respecteren dat de meerderheid tevreden moet zijn.’

De fusie zou het bedrijf het één na grootste ter wereld maken. Hoever reiken de ambities?

‘Als je die vraag in 2000 had gesteld, dan zou ik hebben geantwoord: ik wil graag een fax versturen naar een restaurant. In 2008 wou ik de grootste worden in België, en in 2012 in Duitsland. Het hangt af van het moment waarop je die vraag stelt. Op wereldschaal zullen uiteindelijk slechts enkele partijen overblijven, en wij willen er een van zijn.’

Dat is een mooie ambitie vanuit een zolderkamertje in Enschede.

‘Kijk, met de ontwikkeling van het internet hebben best wel wat jongens geld verdiend. In het gebouw hiernaast zit Adyen, iets verder TomTom en om de hoek bouwen ze het nieuwe hoofdkantoor van Booking.com. Allemaal bedrijven die rond 2000 zijn opgestart. Mensen denken dat ze nog maar net bestaan, maar die bedrijven hebben zich scheel gewerkt. Ik was al zeven à acht jaar bezig toen we in Nederland bekend werden. Het idee is 20 seconden werk, je moet er ook wat mee doen, en dat consistent volhouden.’

Waarom kon Takeaway.com overleven, waar anderen sneuvelden?

‘Jullie Belgen bouwen huizen, maar hier in Nederland start iedereen een bedrijf. En hoe meer gekken dat doen, hoe groter de kans dat er een paar succesvolle tussen zitten. Bij mij ging het toevallig goed. Ook omdat ik in Nederland ben geboren, en mensen hier veel eten bestellen. De Franse markt, bijvoorbeeld, is niet groter dan België. Iemand met hetzelfde idee is er altijd klein gebleven.’

‘Bovendien hebben we ons nooit laten afleiden. Je loopt het gevaar dingen te doen die op korte termijn meer geld opleveren dan op langere. Veel restaurants vroegen om een website te bouwen voor hen. Dat hebben we nooit gedaan. We bleven gefocust op het doorsturen van bestellingen en dat hebben we geperfectioneerd.’

Restaurants klagen dat u als monopolist te veel de prijs bepaalt.

‘Ten opzichte van wat? Een website bouwen is niet zo ingewikkeld, een apparaat bouwen waarin veel mensen op een site bestellen, is dat wel. We hebben 2.300 mensen in dienst. Ook in Brussel zitten er vijftig naar een scherm te kijken, om in de gaten te houden of die bestellingen wel aankomen. Dat kost veel geld. In Nederland sturen wij jaarlijks bijna 100.000 euro extra omzet naar een restaurant. Er zijn geen andere reclamemethoden waarbij je 10 euro betaalt, en er 100 euro voor terugkrijgt.’

Ik hoor dat u een veeleisend mens bent om voor te werken. Waar blijft u die drive halen?

‘Als je hier werkt, slaat gewenning toe. De mensen in dit bedrijf denken dat onze groei normaal is, maar dat is niet zo. En toch wil je verder: hoe kunnen we van tien naar honderd bestellingen gaan? Ik weet niet of dat veeleisend is, het is de realiteit. Wij kunnen ons niet veroorloven om achterover te leunen.’

U zou dat wel kunnen.

‘Wat ga ik dan doen? Ik ken heel veel ondernemers die hun bedrijf hebben verkocht en die lopen allemaal doodongelukkig rond.’

BIOGRAFIE

Jitse Groen (41) was amper 21 toen hij als student bedrijfskunde aan de Universiteit Twente met Thuisbezorgd begon. Twintig jaar later staat hij aan het hoofd van de grootste website in Europa om maaltijden te bestellen. In tegenstelling tot concurrenten UberEats en Deliveroo levert ­Takeaway amper zelf maaltijden. De restaurants op de website gebruiken vooral eigen leveranciers. ­Takeaway trok in 2016 naar de beurs, en sindsdien mag Groen zich miljardair noemen. Zijn vermogen wordt op zo’n 1,2 miljard euro geschat.
In 2018 had Takeaway 14,1 miljoen actieve klanten, en werden er 94 miljoen bestellingen verwerkt, goed voor 240 miljoen euro omzet.

DELBEKE, K. ‘Winst is maar een bijproduct van onze groei’. De Standaard, 12 oktober 2019, E4.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo