Waarom werkgevers alweer waarschuwen voor de index

De loonindexering zit dezer dagen opnieuw in de hoek waar de klappen vallen. Werkgeversorganisaties en economen waarschuwen dat ze de al hoge inflatie aanjaagt. Waar komt die indexering vandaan, en is er dan echt geen alternatief?

De index was een lijst met 56 goederen en diensten – onder meer lucifers van het merk Union, spek en klompen – en moest dienen om de levensduurte in kaart te brengen. Als de prijzen stegen, zouden de lonen automatisch mee stijgen. Al was dat toen een privilege voor een paar sectoren, zoals de mijnbouw.
Na een lange reeks hervormingen ziet die index er vandaag anders uit, maar het principe blijft hetzelfde. De lijst is aangegroeid tot enkele honderden goederen en diensten die zwaarder doorwegen als ze een groter deel van het gezinsbudget innemen. Intussen geldt de automatische indexering voor bijna alle lonen en uitkeringen.

België bekleedt zo een unieke positie. Het is, samen met Luxemburg, het enige land waar de lonen vanzelf gelijke tred houden met de levensduurte. Noem het een verzekering van de koopkracht. Veel andere Europese landen experimenteerden met zo’n systeem, maar nagenoeg allemaal voerden ze het uiteindelijk weer af.

Dat kwam onder meer door de prijsschokken van de jaren 70. De inflatie joeg de lonen omhoog, waarna bedrijven de prijzen van hun producten verhoogden om de stijgende loonkost op te vangen. Zo werd het leven nog duurder, wat door de automatische indexering weer tot hogere lonen leidde.

Hervormingen

Vandaag wordt weer gevreesd voor die loonprijsspiraal. De waarde van het spaargeld verdampt dan in ijltempo. Omdat arbeid hier duurder wordt, dreigen jobs verloren te gaan aan het goedkopere buitenland, en remt de economische groei af. Een scenario waar niemand op zit te wachten.

“Het zou ons in een spiraal duwen waar Belgische bedrijven in snel tempo marktaandelen verliezen, hun productie zien dalen, investeringen mislopen en dus minder werknemers aan de slag zullen hebben, met alle sociale gevolgen van dien,” waarschuwt VBO-topman Pieter Timmermans gisteren in De Tijd.

Op de schop dan maar met de loonindexering? Feit is alleszins dat landen zonder dat automatisme niet per definitie een sociaal bloedbad organiseren. Kunnen we dan niet beter op zoek naar een ander systeem met minder risico’s? Gisteren bepleitte econoom Gert Peersman (UGent) in deze krant alvast het einde van de automatische indexering, om faillissementen en banenverlies te voorkomen. Dan moet ook de loonwet – die de maximale loonstijging vastlegt – verdwijnen, zegt Peersman.

Maar het alternatief is alvast niet om geen indexering meer door te voeren, benadrukt econoom Paul De Grauwe (London School of Economics). “Andere landen hebben inderdaad geen automatische loonsverhoging. Maar het verschil tussen de twee systemen wordt zwaar overdreven. In andere landen wordt de inflatie meegenomen in de collectieve loonsonderhandelingen. En heel vaak wordt daarbij ook al een compensatie geëist voor de verwachte inflatie in de komende jaren. Het is dus niet zo dat er geen indexatie van de lonen is, die gebeurt gewoon niet automatisch.”

Meer nog: veel bedrijven elders in Europa – zij het een minderheid – kiezen er zelf voor om een vorm van automatische indexering in te voeren, ook al wordt die niet door de staat opgelegd.

Niet te klagen

De Belgische bedrijven hebben niet te klagen, zegt De Grauwe. “Zij zitten vandaag op rozen.” De ondernemingen hebben zich gemiddeld genomen goed hersteld van de coronacrisis en beleven nu een hausse. Het staat niet in steen gebeiteld dat zij de stijgende loonkosten moeten doorrekenen in hogere prijzen voor hun producten om rendabel te blijven.

De Grauwe lijkt gelijk te krijgen van Pierre Wunsch, gouverneur van de Nationale Bank. In het weekblad Knack wijst hij op de mooie cijfers van de Belgische ondernemingen. “De winstmarges van de ondernemingen zijn vandaag historisch hoog en ze hebben buffers om een groot deel van de loonstijging op te vangen.”

De boodschap die Wunsch tussen de lijnen door lijkt te geven: bedrijven kunnen die buffers aanspreken als ze een loonprijsspiraal willen vermijden. De vraag is dan of ze dat willen.

In plaats van de indexering helemaal af te schaffen zou ook een indexsprong een optie kunnen zijn. Dan wordt eenmalig een indexering niet doorgevoerd. In de federale regering is er weinig appetijt voor zo’n ingreep. Bovendien ligt de indexsprong van de regering-Michel nog vers in het geheugen. Die moest de concurrentiekracht van de bedrijven overeind houden. Onderzoek wees later uit dat een belangrijk deel van de uitgespaarde loonkosten vooral voor hogere winstmarges hadden gezorgd in plaats van lagere prijzen.

“Het gaat de bedrijven niet om tewerkstelling. De index aanpassen is codetaal voor ‘meer winst boeken’,” zegt De Grauwe. “In het buitenland kan ook een loonprijsspiraal ontstaan. De werknemers daar gaan hogere lonen vragen én ze krijgen.”

KELEPOURIS, S. Waarom werkgevers alweer waarschuwen voor de index. De Morgen, 7 april 2022, 3.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo