Chili con carne bezorgt ECB maagpijn

Hoe meet je inflatie als heel wat producten en diensten door de lockdown niet beschikbaar zijn? Terwijl we verhoudingsgewijs veel meer eten kopen in de supermarkten? Het antwoord is dat de meetmethode niet wordt aangepast. Voor de producten die niet beschikbaar zijn (bv. een restaurantbezoek of filmticket), neemt men gewoon de laatst beschikbare prijs van voor de lockdown.

Volgens onderzoekers van de Universiteit van Hohenheim, nabij Stuttgart, is die klassieke manier van rekenen op dit moment niet de juiste. Ze onderschat de prijsstijgingen waarmee gezinnen geconfronteerd worden omdat het consumptiepatroon door de coronacrisis sterk gewijzigd is. Aan horeca of toerisme geven we geen geld uit vanwege gesloten. Van de lage olieprijzen kan ook maar beperkt geprofiteerd worden omdat we veel minder rijden. Zo is in Duitsland 32,00 % van wat een gemiddeld gezin normaal consumeert, tijdelijk niet beschikbaar vanwege de lockdown. Daarentegen wordt veel meer voedsel in de supermarkten gekocht. En die prijzen zijn wel veel meer gestegen.

Om te meten welke prijzen er nu voor een modaal gezin toe doen, gingen de Duitse onderzoekers uit van een chili con carne. Daar kan je tot 70 verschillende ingrediënten – ook vegetarische alternatieven voor het gehakt – in kwijt. De prijzen van de ingrediënten goten ze in een ‘chili con carne’-index, naar analogie met de Big Mac Index. Die meet wereldwijd de prijs van de bekende burger van McDonald’s. Die heeft overal dezelfde samenstelling en is daarom een goede manier om het prijspeil en de evolutie van de wisselkoers tussen landen te vergelijken. Alleen is die index nu niet zo bruikbaar omdat een Big Mac op dit moment op de meeste plaatsen in de wereld alleen nog in een McDrive te krijgen is.

De evolutie van de prijzen meten de onderzoekers aan de hand van online prijzen van vijf grote Europese supermarkten. Wat stelden ze vast? Het bereiden van een chili con carne is tussen 1 februari en 20 april 6,00 % duurder geworden. Vooral tomaten zijn met een stijging van 22,90 % sterk in prijs gestegen. Maïs werd 12,70 % duurder, wortelen 9,00 %. Gehakt kende met een stijging van 2,80 % de kleinste toename. De onderzoekers keken ook verder dan die 70 ingrediënten en merkten dat nog heel wat andere voedingsproducten fors duurder zijn geworden, zoals koekjes en gebak, ontbijtgranen en diepvriesproducten. De studie onderzocht niet de oorzaak van die prijsstijgingen.

Het zouden geen Duitsers zijn als de conclusie ook niet een steen richting Europese Centrale Bank werpt. De studie wil vooral aantonen dat de ECB op dit moment de inflatie sterk onderschat aangezien 0,70 % het laatste officiële inflatiecijfer in de eurozone is. De ECB neemt dat lage cijfer als uitgangspunt om de monetaire sluizen wijd open te zetten, werpt de studie op. ‘Laat de ontwikkeling van de echte inflatie wel zoveel speelruimte toe? En wat zijn de alternatieven als dat niet het geval is?’, vragen de onderzoekers zich af.

DECOCK, S. Chili con carne bezorgt ECB maagpijn. De Standaard, 15 mei 2020, 24.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo