Ook bedienden vragen drie jaar opzegvergoeding
De bierproductie in de Belgische brouwerijen van AB InBev ligt stil. De vakbonden eisen dat de bedienden dezelfde royale ontslagpremie krijgen als de arbeiders.
Sinds maandag blokkeren vakbondsmilitanten de toegang tot de brouwerijen van AB InBev in Leuven, Jupille en Hoegaarden. Hierdoor kan er geen bier meer geleverd worden aan de klanten en komen er ook geen grondstoffen meer binnen. Daardoor is gisterenmiddag de bierproductie helemaal stilgevallen. Werkwillig personeel is nu technisch werkloos.
Voorlopig is er in de depots van AB InBev nog voldoende bier in stock om de klanten (cafés, warenhuizen en drankhandelaars) te bevoorraden, maar als de vakbondsactie tot begin volgende week aanhoudt, dreigen er winkels en cafés zonder AB InBev-bier te vallen.
Het is onduidelijk of het zover zal komen, maar gisteravond zat het conflict alvast nog muurvast. De directie van AB InBev wil de onderhandelingen alleen hervatten als de bonden de blokkades opheffen, maar die gaan daar niet op in.
De krachtmeting draait rond de toepassing van de cao-afspraken van 2011. Toen eisten de bonden werkzekerheidsgaranties voor het personeel bij AB InBev. De eis werd na lange onderhandelingen – en stakingsacties – omgezet in een akkoord over speciale ‘inkomensgaranties’ bij ontslag om economische redenen, zoals bij een herstructurering. Concreet: arbeiders hebben bij ontslag recht op drie jaar salaris, bovenop de wettelijke opzegvergoeding. Nu eisen de bonden dat deze royale ontslagregeling ook voor de bedienden zou gelden.
Maar voor de directie van AB InBev is zo’n uitbreiding onbespreekbaar. Woordvoerster Laure Stuyck wijst erop dat de ontslagregeling ‘al uitzonderlijk gunstig is in ons land’.
