‘Altijd bereikbaar zijn kan een grote druk leggen’

Werkbaar werk‘: iedereen vindt het belangrijk, maar Vlaamse werknemers worstelen meer dan ooit met hun work-lifebalans. De stijging zit volledig bij vrouwen, vooral door toedoen van ‘de tweede shift’.

Eerst het goede nieuws: werken wordt voor Vlamingen weer een stukje werkbaarder. Dat blijkt uit een vierjaarlijkse bevraging van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV), die peilt naar werkstress, leermogelijkheden, motivatie en conflicten tussen werk en privé. Deze bepalen niet zozeer hoe we aan een job beginnen, wel hoe we aan het werk blijven.

Na een dieptepunt in 2019 zijn er weer minder Vlaamse werknemers die een ‘knelpunt’ ervaren op een van de vier domeinen. Klachten over werkstress blijven wel op een hoog niveau, ruim een derde heeft er last van. En er is nog iets: we worstelen meer dan ooit – of toch sinds de meting in 2004 gelanceerd werd – met onze work-lifebalans. Een op de acht Vlaamse werknemers ervaart hier conflicten.

De stijging is licht, maar sinds 2010 hardnekkig, en des te opvallender omdat er geen woord op de werkvloer al zo lang trending is als die verdomde balans tussen werk en alles wat daarrond zweeft. Had de coronacrisis ons dan geen belangrijke lessen geleerd?

‘ongeduldiger’

In een interview met deze krant was managementprofessor Frederik Anseel (University of New South Wales) er eerder al stellig over: “De werkdag is uitgestrekter dan ooit.” Dat ziet ook Lode Godderis, CEO van ziektepreventiedienst Idewe. Over ons professionele gebruik van “asynchrone communicatie”, zoals e-mails of whatsapp-berichten, is een soort Bol.com-mentaliteit neergedaald.

“We zijn ongeduldiger, en dit kan een grote druk leggen op collega’s om altijd bereikbaar te zijn”, zegt Godderis. Via een ‘recht op deconnectie’, sinds 1 april van kracht, is al geprobeerd die druk te verlichten. Over het effect daarvan valt weinig te zeggen, gezien de SERV-bevraging in het voorjaar van 2023 plaatsvond.

Godderis wijst op de tendens van steeds meer tweeverdieners. “Dit verkleint bij koppels de buffer op het thuisfront, bijvoorbeeld om de zorg voor kinderen of ouders op te vangen.” Dat veel werkgevers de mogelijkheden voor thuiswerk weer terugschroeven, zet de balans wellicht verder onder druk bij een groep werknemers. In die zin is het erg opvallend: het aandeel mannelijke werknemers dat conflicten ervaart tussen werk en privé, is in de SERV-cijfers onveranderd gebleven vergeleken met 2004. De stijging tijdens de laatste twee decennia is volledig toe te schrijven aan vrouwelijke werknemers.

Daar hoort een kanttekening bij, zegt SERV-onderzoeker Ria Bourdeaud’hui. Net in de sector onderwijs, die bijzonder slecht scoort op vlak van work-lifebalans, speelt zich een grote vervrouwelijking af. Onder meer de opkomst van Smartschool – het online platform voor leerkrachten, ouders en scholieren – zorgt bij leraren voor een gevoel van “constante bereikbaarheid”, vermoedt ze.

Los van die verschuiving op de arbeidsmarkt blijft de vrouwelijke component in die verslechterde balans overeind. De meest evidente verklaring daarvoor ligt bij de zogenaamde “tweede shift”, zegt Bieke Purnelle van kenniscentrum RoSa vzw. “Het blijft relatief aanvaard dat vrouwen meer verantwoordelijkheid in het huishouden opnemen.” Zelfs binnen (heteroseksuele) koppels waar de huishoudelijke taken goed verdeeld zijn, ziet Purnelle dat de mentale belasting vooral bij de vrouw ligt. Zij is het die verjaardagsfeestjes plant, schoenen voor de kinderen bestelt of een afspraak voor een (schoon)ouder met de neuroloog regelt.

Al die balletjes in de lucht houden en tegelijk ambitie tonen op de werkvloer, kan “erg zwaar en vermoeiend zijn”, zegt Purnelle. Een stap terugzetten en deeltijds werken – wat vrouwen vaker doen – is bovendien vaak geen garantie op een beter mentaal welzijn, blijkt uit onderzoek. De verwachtingen op het thuisfront gaan dan steil omhoog, die op het werk nemen nauwelijks af.

Taaie rollenpatronen

Die taaie rollenpatronen zijn brandend actueel, zegt Godderis, verwijzend naar de crisis in de kinderopvang. “Die zorgt voor heel veel onzekerheid bij jonge ouders.” In die sector heerst veel onvoorspelbaarheid, en dat maakt het moeilijk voor ouders om tijdig te weten wanneer ze al dan niet op opvang kunnen rekenen. Als er een oplossing gevonden moet worden, zijn de gevolgen vaker voor vrouwen.

Opvallend: bij de mannen steeg het aandeel werknemers met burn-outsymptomen van 10 naar 11,5 procent sinds 2004, bij vrouwen van 10,6 naar 14,9 procent. Speelt het onvermogen ‘neen’ te zeggen vrouwen parten in die work-lifebalans? “Het klopt dat vrouwen slechter zijn in grenzen aangeven”, zegt Purnelle, die dat echter een gevaarlijke denkpiste vindt. “Vrouwen die resoluut ‘nu even niet’ zeggen, worden al snel in het hokje van ‘bitch’ geduwd. Dat leren ze al van jongs af, dan kan je niet plots zeggen dat ze tijdens hun loopbaan maar wat assertiever moeten zijn.”

Voor haar start het hele verhaal met een arbeidscultuur die oog heeft voor de verschillende rollen die een persoon opneemt: werknemer, maar ook ouder, mantelzorger of mens tout court. Geen werkvloer waarop je moet smeken om vroeger naar huis te mogen omdat je kind koorts heeft, maar een werkgever die het beleid daar proactief op afstemt. “We staan nog veel te weinig stil bij het belang daarvan om werk te blijven volhouden”, zegt Purnelle. “En dat wreekt zich vooral bij vrouwen.”

MARTIN, M. ‘Altijd bereikbaar zijn kan een grote druk leggen’. De Morgen, 12 oktober 2023, 4.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo