West-Vlaamse keukenconcurrenten fuseren

Twee bedrijven die hetzelfde maken, voor dezelfde doelgroep, op nog geen 4 kilometer van elkaar. Dat recept leidde tot een jarenlange concurrentie om het marktleiderschap bij de professionele grootkeukenbouwers Bossuyt en Maes Inox. Nu beslissen de West-Vlaamse kmo’s te fuseren.

Sinds jaar en dag worden in de regio rond Kortrijk aan beide kanten van de Leie professionele keukens gebouwd: bij Bossuyt Grootkeukens in Kuurne en bij Maes Inox in Harelbeke.

Dat leidde tot concurrentie om de meeste en de meest prestigieuze klanten. Terwijl Maes Inox keukens installeerde bij The Jane, het restaurant van Sergio Herman en Nick Bril in Antwerpen, en het Kopenhaagse Noma, lang het beste restaurant ter wereld, strikte Bossuyt Grootkeukens de Brugse monumenten Hertog Jan en De Karmeliet.

In crisistijd vloeien de bedrijven nu samen. ‘Corona was geen katalysator, maar bracht het proces in een stroomversnelling’, zegt Karl Bossuyt. Samen met zijn broer Steven vormt hij de derde generatie aan het hoofd van het bijna 100 jaar oude gelijknamige familiebedrijf.

Hoe ontstaat een romance tussen jarenlange concurrenten? Begin 2019 stapte de familiale investeringsmaatschappij Vybros in Maes Inox. Het bedrijf kwam in april volledig in handen van Vybros, na het vertrek van topman Herman Maes, die het in 1993 oprichtte. De nieuwe eigenaar knoopte recent de fusiegesprekken aan met Bossuyt Grootkeukens.

In een nieuwe holding, die Bossuyt heet, zal Vybros van aan de zijlijn meewerken aan een langetermijnvisie. De dagelijkse leiding komt in handen van de broers-Bossuyt en Michiel Meire, die gelijktijdig met de instap van Vybros aan het hoofd kwam bij Maes Inox. In het nieuwe bedrijf komen ongeveer 70 werknemers samen, goed voor een omzet van 16 à 17 miljoen euro.

Alle activiteiten worden gecentraliseerd in de Bossuyt-fabrieken in Kuurne, waar een deel van het magazijn verdwijnt. ‘Zo kunnen we onze productie verdubbelen’, zegt Bossuyt. ‘Nog meer dan vroeger gaan we focussen op de productie in eigen huis. Wat Maes Inox in het productieproces uitbesteedde, zullen we nu zelf kunnen maken. Ook kunnen we een beroep doen op de knowhow van Maes Inox, dat zich vooral toelegde op onderzoek en ontwikkeling. Zijn inductiefornuis, Ben Martin, is in tien jaar een referentie geworden in het vak.’

Zowat 90,00 % van de klanten van Maes Inox komt uit de horeca. Bij Bossuyt is dat minder dan de helft, maar ze tekenen voor een aanzienlijk deel van de omzet. Welke impact heeft de sluiting van de Belgische hotels, cafés en restaurants, die al elf weken duurt?

‘Ook wij moesten zes weken dicht’, zegt Bossuyt. ‘Maar op korte termijn levert dat geen problemen op. Tot en met maart zat ons orderboekje goed vol, en verrassend genoeg zijn amper annulaties gebeurd.’ Bossuyt verwacht de impact vooral in 2021. ‘Zodra de horeca weer open kan, zal het hard werken worden om die zes weken in te halen. Tussen de verkoop en de uitvoering zit zes maanden tot een jaar. Dat nu weinig orders binnenkomen, zullen we pas voelen vanaf volgend jaar.’

Zal de horeca zich anders moeten organiseren en de infrastructuur aanpassen? Dat vindt Bossuyt te vroeg om in te schatten. ‘Veel zal afhangen van hoe streng de richtlijnen zijn. Maar we willen zo flexibel mogelijk zijn om de creativiteit van de horeca te kunnen volgen.’

Klanten die plots op takeaway inzetten, maken de shift van de gastronomische naar een toegankelijkere keuken. ‘Voor ons betekent dat: minder personeel, maar meer volume. Daarom sleutelen we volop aan onze productiegerichte machines.’

VAN OOST, M. West-Vlaamse keukenconcurrenten fuseren. De Tijd, 3 juni 2020, 17.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo