Verkiezingskoorts begonnen in 6.000 bedrijven

Vakbonden kennen lijstnummer
In mei volgend jaar vinden er in ruim 6.000 bedrijven sociale verkiezingen plaats. De verkiezingscampagne is vrijdag officieel begonnen.

1 voor ACLVB, 2 voor ACV, 3 voor ABVV en 4 voor de (onafhankelijke) kaderlijsten. Dat zijn de lijstnummers waarmee de vakbonden volgend jaar tussen 11 en 24 mei meedoen aan de achttiende editie van de (vierjaarlijkse) sociale verkiezingen.

De bonden kregen hun nummer vrijdagmiddag toegekend, na trekking door een ‘onschuldige kinderhand’, door de federale minister van Werk, Nathalie Muylle (CD&V). Daarmee is ook de officiële aftelprocedure tot aan de verkiezingsdag begonnen.

Negen zaken die u moet weten over die sociale verkiezingen:

Veel kandidaten. De drie vakbonden brengen samen zo’n 130.000 kandidaten in stelling. Het christelijke ACV levert veruit de grootste groep, met zo’n 61.000 kandidaten. Ter vergelijking: bij het ACV alleen zijn er meer kandidaten dan alle politieke partijen samen op hun lijsten hadden staan bij de jongste gemeenteraadsverkiezingen.

Vanaf 50 werknemers. Er zijn sociale verkiezingen in alle privébedrijven of non-profitorganisaties met meer dan 50 werknemers; daar wordt een preventie- en veiligheidscomité gekozen. In alle bedrijven met minstens 100 werknemers komt daar een verkiezing voor de ondernemingsraad bij.

Geen opkomstplicht. In deze bedrijven hebben alle werknemers die er al minstens drie maanden in dienst zijn (behalve de leidinggevenden), het recht om te gaan stemmen. Maar ze zijn niet verplicht om te stemmen. Anders dan bij politieke verkiezingen is er geen opkomstplicht.
De belangstelling voor de sociale verkiezingen is groot, maar niet overweldigend. Grosso modo twee derde van de werknemers (iets meer bij arbeiders dan bij bedienden) brengt ook effectief zijn stem uit. Bij de kaderleden is dat maar de helft.

Te weinig vrouwen. Bij politieke verkiezingen moeten de kandidatenlijsten een strikt genderevenwicht bewaren; bij de sociale verkiezingen is dat niet het geval. In 2016 kwamen de bonden gemiddeld aan een derde vrouwen op hun lijsten.

ACV is nummer 1. Het ACV haalde in 2016 veruit de meeste stemmen en mandaten binnen in elke regio (Vlaanderen, Brussel en Wallonië) en dus ook nationaal. De socialistische FGTB is dus in Wallonië, globaal bekeken, kleiner dan de christelijke CSC, maar blijft wel de sterkste vakbond in de profitsectoren (commerciële diensten en industrie). Het ACV behaalt zijn hoogste score in de Vlaamse non-profit, met 74,00 % van de stemmen.

Nieuw in 2020. Voor de eerste keer zullen ook uitzendkrachten mogen meedoen. Dat werd in het voorjaar door het federale parlement beslist. De werkgeversfederatie VBO is daar niet blij mee en klaagt de complexiteit van de maatregel aan. Zo moet elke werkgever een lijst opmaken van de uitzendkrachten die minstens 65 dagen in zijn bedrijf hebben gewerkt tussen 1 augustus van dit jaar en dag-X – dat is jargon voor de dag waarop de verkiezingsdag wordt aangekondigd (in een bedrijf waar de stemming doorgaat op 11 mei, is dat 11 februari).
Volgens Jan Vanthournout, expert arbeidsrecht aan de UGent, kan dat tot absurde toestanden leiden. ‘Het is in theorie perfect mogelijk dat een uitzendkracht in verschillende bedrijven stemgerechtigd is.’
Opgelet: een uitzendkracht kan zelf geen kandidaat zijn in het bedrijf waar hij tijdelijk aan de slag is.

Oude tradities. Er blijven aparte kieslijsten bestaan voor arbeiders en voor bedienden, op voorwaarde dat er van elke groep minstens 25 in aantal zijn. Voorts zijn er aparte kieslijsten voor jongeren (-25 jaar) en kaderleden.

E-voting. Stilaan begint elektronisch stemmen ingang te vinden, maar van een echte doorbraak is volgens het hr-dienstenkantoor SD Worx nog geen sprake. Uit het eigen klantenbestand van SD Worx blijkt dat in bijna een kwart van de bedrijven (23,00 %) aan e-voting wordt gedaan (vanop de eigen computer of laptop), tegen amper 7,00 % bij de vorige sociale verkiezingen.

Occulte periode. Wie kandidaat is bij de sociale verkiezingen, geniet een speciale ontslagbescherming. Die bescherming begint te lopen vanaf 30 dagen voor dag-X (zie hiervoor), tot 35 dagen na dag-X. Concreet: als de stemming in het bedrijf gepland is op 11 mei, loopt de bescherming van 12 januari tot 17 maart, de dag waarop de vakbonden hun kandidatenlijst moeten indienen.
Werkgevers hebben het over de ‘occulte periode’. Omdat ze tot aan de indiening van de lijsten niet weten wie er zal opstaan, en omdat ze willen vermijden een bijzondere opzegvergoeding te moeten betalen, stellen ze zoveel als mogelijk elk individueel ontslag uit. Ontslagen om economische redenen, zoals bij een herstructurering, kunnen wel.

RASKING, J. Verkiezingskoorts begonnen in 6.000 bedrijven. De Standaard, 14 december 2019, E8.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo