Helft minder Belgen met brugpensioen

Ons land telt steeds minder bruggepensioneerden. Nog slechts 57.000 Belgen zitten in het systeem, dat langzaam uitdooft. Negen jaar geleden waren dat er nog 120.000, of ruim twee keer zoveel.

De bruggepensioneerde wordt langzaam maar zeker een zeldzaamheid in ons land. Vorig jaar gingen 6.500 Belgen met vervroegd pensioen – of het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals het nu officieel heet. In 2011 waren er dat 14.500. Tegelijk zijn de werknemers die jaren geleden nog de kans hadden om vóór hun 60ste met brugpensioen te gaan, massaal uit het systeem aan het verdwijnen. Zij zijn intussen 65 geworden en vallen zo onder het reguliere pensioenstelsel.

In de jaren tussen 2004 tot 2013 zaten nog meer dan 110.000 mensen in het stelsel van brugpensioen, met een piek van 120.000 in 2010. In juni van dit jaar waren het er nog 57.000, zo blijkt uit cijfers van de RVA die ‘De Morgen’ kon inkijken. Vooral de voorbije maanden is het aantal flink naar beneden gegaan. In 2018 waren 74.500 mensen met brugpensioen, nu zijn er dat alweer 17.500 minder.

Dat er zo weinig bruggepensioneerden bijkomen, heeft alles te maken met de strengere regels die de regering-Di Rupo uitzette en die de regering-Michel nog verscherpte. Wie met brugpensioen wil, moet nu minstens 62 jaar zijn. Ook bij de uitzonderingen, zoals zware beroepen of de bouw, ging de leeftijd omhoog. Vanaf eind volgend jaar kan in principe niemand onder de 60 nog met brugpensioen.

Alleen bij grote herstructureringen ligt de instapleeftijd nog laag: op 56 kan je in dat geval al stoppen met werken. Maar het aantal mensen dat daar gebruik van maakt, is relatief beperkt. Vorig jaar waren het er 870, of 13,00 % van het totaal. (RW)

Helft minder Belgen met brugpensioen. Het Laatste Nieuws, 7 augustus 2019, 1.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo