Minister van Werk Nathalie Muylle (CD&V) verwacht dat tot 1 miljoen Belgen in het stelsel van tijdelijke werkloosheid zullen belanden. Wat betekent dat concreet voor hen?
De federale en Vlaamse overheid pakken elk uit met een batterij aan maatregelen om het koopkrachtverlies van werknemers en zelfstandigen te beperken.
1. Waartoe dient het stelsel van tijdelijke werkloosheid?
Het is het belangrijkste instrument van de federale overheid om, in crisistijden, het koopkrachtverlies bij burgers tegen te gaan. Tijdelijke werkloosheid laat bedrijven toe om hun personeelskosten te verlagen zonder tot ontslagen te moeten overgaan. Voor de betrokken werknemers is er een vangnet voor het loonverlies, in de vorm van een uitkering via de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA), plus het vooruitzicht dat ze na de crisis weer gewoon kunnen terugkeren naar hun job.
2. Kan ikzelf naar de RVA stappen om het statuut aan te vragen?
Nee, de aanvraag moet door de werkgever gebeuren. Elk bedrijf dat vanwege het virus verplicht moet sluiten (zoals horecazaken en niet-voedingswinkels), dat kampt met een gebrek aan bevoorrading (de toeleveranciers leveren geen onderdelen die nodig zijn in de productie) of waar er minder werk is (bijvoorbeeld in de luchtvaartsector), kan er een beroep op doen.
3. Om welke tegemoetkoming gaat het?
De federale regering heeft beslist om de RVA-uitkering bij tijdelijke werkloosheid op te trekken tot 70,00 % van het brutoloon, evenwel begrensd tot een brutoloon van 2.754,76 euro. Deze crisismaatregel geldt (voorlopig) tot 30 juni. Concreet betekent dit dat de meeste werknemers zullen terugvallen op een loon tussen de 1.000 en 1.500 euro netto.
Door de grote toestroom van aanvragen – er zijn nu al meer dan 500.000 tijdelijke werklozen en dat aantal groeit aan met duizenden per dag – heeft de RVA niet de capaciteit om voor alle dossiers meteen de juiste uitkering te berekenen. Daarom heeft federaal minister van Werk Nathalie Muylle (CD&V) beslist dat iedereen meteen een forfaitaire vergoeding krijgt van 1.450 euro (op maandbasis). De eindberekening van de uitkering, met inbegrip van de bedrijfsvoorheffing van 26,75 %, volgt later.
4. Zijn er nog extra premies?
Boven op de uitkering van 70,00 % betaalt de RVA aan alle betrokkenen een crisistoeslag van 5,63 euro per dag tijdelijke werkloosheid.
Die extra tegemoetkoming is welkom, luidt het bij de vakbonden, maar het socialistische ABVV vindt dat nog te weinig en noemt het ‘aangewezen’ om de RVA-uitkering bij tijdelijke werkloosheid vanaf 1 april op te trekken naar 80,00 % van het gederfde loon. Dat moet ‘een inkomensbuffer voor de komende maanden’ opleveren.
5. Past de werkgever een deel van het loonverlies bij?
Mogelijk gebeurt dat. Soms is dat al voorzien bij bedrijfs- of sector-cao’s, soms gaat het om een vrijwillige beslissing. In de bouwsector is er bij tijdelijke werkloosheid sowieso een aanvullende dagvergoeding afgesproken. Concreet gaat het om 6,34 euro tot 10,85 euro per dag, volgens de looncategorie van de bouwvakkers.
6. Komt er ook hulp voor zelfstandigen?
Ook voor hen bestaat een soort van werkloosheidsvergoeding. De hoogte van dat overbruggingsrecht hangt af van de gezinssituatie en bedraagt 1.291,69 euro (zonder kinderlast) of 1.614,10 euro (met kinderen) per maand. Zelfstandigen kunnen voorts een uitstel of vrijstelling van (persoonlijke) sociale bijdragen aanvragen bij de RSZ.
