Twee jaar handelsstrijd tussen VS en China levert weinig winnaars op

Behoudens onverwachte wendingen bezegelen de Verenigde Staten en China vandaag hun minihandelsdeal. Twee jaar wapengekletter heeft geen duidelijke winnaar opgeleverd.

handelsoorlog

De onbetwiste supermacht. Op die titel konden de Verenigde Staten decennia moeiteloos aanspraak maken. Of het nu om (geo)politieke, militaire, technologische of economische kwesties ging. Maar daarin is in de 21ste eeuw verandering gekomen. Met rasse schreden rukte China de afgelopen jaren op. De Aziatische reus keek op geen inspanning om niet alleen op het eigen continent aan invloed te winnen, hij kreeg ook voet aan grond in Europa, Afrika en in de Amerikaanse achtertuin, Latijns-Amerika. Tegelijk breidde Peking de slagkracht van zijn strijdkrachten stelselmatig uit en ging het via bedrijven als Huawei en ZTE meer dan een woordje meespreken in de technologiewereld. Tegen 2030 hopen de Chinezen de kers op de taart te zetten en de Verenigde Staten voorbij te snellen als de grootste economie ter wereld.

In de ogen van de Amerikaanse president Donald Trump is dat vooruitzicht een horrorscenario. Volgens Trump slaagt China er alleen in de kloof met zijn land te dichten door de regels van het spel niet te respecteren. Hij verwijt Peking de waarde van de nationale munt, de yuan, te drukken om ’s lands exporteurs een duw in de rug te geven. Ook de subsidies voor Chinese overheidsbedrijven zijn hem een doorn in het oog. Net als de obstakels waarop buitenlandse bedrijven stoten als ze de poort naar de Chinese markt proberen open te wrikken, zoals de verplichte overdracht van technologie aan Chinese concurrenten.

Opbod

In een poging de Chinese opmars af te remmen verklaarde Trump zijn Chinese evenknie Xi Jinping net geen twee jaar geleden de oorlog op handelsvlak. Eerst belastte hij de import van Chinees aluminium en staal zwaarder. In een tweede fase nam hij de verwerkende nijverheid in het vizier. Om uiteindelijk de invoerheffingen op consumentengoederen op te trekken. De handelsspanningen mondden uit in een opbod aan importtarieven tussen de grootmachten.

Tot de strijdende partijen op 13 december vorig jaar een bestand sloten. Behoudens onverwachte wendingen bezegelen Trump en Liu He, de Chinese vicepremier, vandaag hun minihandelsdeal tijdens een ceremonie in het Witte Huis. Over de inhoud lekte tot vandaag weinig uit (zie inzet).

Een ding staat wel vast: het conflict heeft weinig winnaars opgeleverd. Trump kan er weliswaar prat op gaan dat hij erin geslaagd is het Amerikaanse handelstekort met de Aziatische reus wat terug te dringen. Maar daartegenover staat een fiks kostenplaatje. Door een tijdelijke Chinese boycot kampt de Amerikaanse landbouwsector met de ergste crisis in decennia. De jobgroei in de verwerkende nijverheid kreeg een knauw en Amerikaanse bedrijven en consumenten draaien op voor de hogere invoertarieven. De Chinese techreus Huawei bevindt zich in overlevingsmodus en de Chinese economie boekte in 2019 de traagste groei in drie decennia.

Het staakt-het-vuren is voor velen dus welkom. Maar iedereen hoedt zich voor overdreven euforie. Heel wat importheffingen blijven van kracht terwijl de onderhandelingen over de heikelste kwesties, zoals de verwevenheid van de Chinese overheid met de economie, nog moeten beginnen. ‘Dit akkoord stelpt het bloeden. Maar de structurele geschillen blijven onopgelost’, zegt Myron Brilliant van de Amerikaanse kamer van koophandel. Hij roept op tot verder overleg. Maar China heeft geen haast. Stiekem hopen de machthebbers in Peking dat de presidentsverkiezingen dit najaar tot een regimewissel in Washington leiden. En dat de volgende bewoner van het Witte Huis hen gunstiger gezind is.

Krachtlijnen minideal

Volgens de VS gaat Peking de volgende twee jaar voor minstens 200 miljard dollar meer Amerikaanse goederen en diensten – waaronder landbouwproducten, energie en auto’s – kopen.

Washington halveert de importtarieven op 120 miljard dollar Chinese producten en ziet af van nieuwe heffingen op 156 miljard dollar consumentengoederen.

Volgens de VS gaat China buitenlandse bedrijven niet langer verplichten technologie te delen met Chinese concurrenten en stelt het zijn financiëledienstensector open voor buitenlanders. Daarnaast zou Peking maatregelen nemen tegen de diefstal van intellectueel eigendomsrecht.

Peking zou zich er volgens Washington ook toe verbinden zijn munt niet meer te devalueren.

DIERCKX, L. Twee jaar handelsstrijd tussen VS en China levert weinig winnaars op. De Tijd, 15 januari 2020, 8.

Lees ook Wapenstilstand, maar nog geen vrede

E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo