Waarom u beter vandaag nog even kunt gaan tanken

Benzine, diesel en lpg worden vanaf morgen duurder. Dat is een uitgesteld gevolg van de aanvallen op de olie-installaties in Saudi-Arabië van afgelopen weekend. Intussen doet Saudi-Arabië er alles aan om de olieproductie weer snel op peil te krijgen. Erik Joly, hoofdeconoom bij ABN AMRO, verwacht verder niet meteen dramatische prijsstijgingen aan de pomp. Maar doordat de olieproductie plots heel kwetsbaar blijkt te zijn, zal olie op termijn toch iets duurder worden.

Onzekerheid is altijd slecht voor de economie. En afgelopen weekend is er een grote onzekerheid bij gekomen in de wereldeconomie: door luchtaanvallen op de belangrijkste olie-installaties van Saudi-Arabië lag in één klap zowat 5,00 % van de wereldwijde olieproductie plat.

Aanvankelijk werd gevreesd dat een herstel van de productie maanden in beslag zou nemen. Daardoor schoten de olieprijzen maandag meteen met zo’n 10,00 % de hoogte in. Volgens persagentschap Bloomberg was dit de sterkste prijsstijging ooit.

Intussen zijn de prijzen op de internationale markten weer getemperd, omdat het Saudi-Arabische staatsoliebedrijf Aramco weer volop olie produceert op de site die aangevallen werd. De productie zit nu op 41,00 % van de output van voor de bombardementen. En tegen het einde van de maand moet de productie opnieuw op het peil van voor de aanvallen zijn.

Uitgestelde prijsverhogingen

Maar het kwaad is geschied: vanaf morgen worden onze brandstoffen aan de pomp duurder. De maximumprijs voor een liter benzine 95 (E10) stijgt 6,4 cent per liter tot 1,5240 euro. Voor benzine 98 (E5) komt er 6,8 cent per liter bij tot 1,5720 euro per liter.

Voor diesel (B7) komt er 2,9 cent per liter bij, tot 1,5510 euro per liter. Ook lpg tanken wordt duurder. De nieuwe maximumprijs voor autogas bedraagt 0,5070 euro per liter, of een stijging met 5 cent per liter.

Hoe komt het dat de prijzen nu pas stijgen, dagen na de aanvallen? “De brandstofprijzen aan de pomp zijn afhankelijk van een aantal factoren”, legt Erik Joly, hoofdeconoom bij ABN AMRO, uit.

“De olieprijs wordt in de eerste plaats bepaald door de slotkoers van de olie op de internationale markten. Daarnaast spelen de wisselkoersen van de verschillende munten een rol. Daarnaast zijn er een aantal mechanismen die grote prijsstijgingen moeten uitvlakken. Daardoor zit er altijd wat vertraging op de prijsstijging aan de pompen.”

Wat stookolie betreft, daar is de prijsstijging wel al een feit: de maximumprijs van stookolie is gisteren al met zo’n 6 cent per liter de hoogte in gegaan. De prijs van stookolie is namelijk direct gelinkt aan de prijzen op de internationale markten; er zijn geen temperende mechanismen zoals bij benzine en diesel.

Nog prijsstijgingen op komst?

Mogen we komende tijd nog prijsstijgingen verwachten? Daarvoor moeten we naar het bredere plaatje kijken. Meer bepaald naar de ijzeren economische wet van vraag en aanbod die altijd de prijs bepaalt.

En wat blijkt? Er is dit jaar relatief weinig vraag naar olie in de wereld, stelt Erik Joly vast. “Het Internationaal Energieagentschap (IEA) verwachtte tijdens de eerste 5 maanden van het jaar een toename in de vraag naar olie van 520.000 vaten olie. Dat is de laagste groeivoet van de voorbije 10 jaar. En dat heeft dan weer alles te maken met de slabakkende wereldeconomie”, legt Joly uit.

De econoom waarschuwt wel voor een potentieel gevaar: “Stel dat de olieprijs voor een langere tijd echt substantieel hoger zou blijven, dan kan die slabakkende economie zelfs vervallen in een recessie. Maar zover zijn we nog niet op dit moment.”

Terwijl de vraag naar olie redelijk laag is, lijkt het aanbod zich na de aanvallen snel te herstellen, zoals we hierboven al schreven. “Als de olieprijs toch hoog zou blijven, zal er een extra aanbod van olie op de markt komen van de Amerikaanse schaalolieproducenten. Die kunnen niet rendabel produceren als de olieprijs 30 dollar bedraagt, maar wel vanaf een prijs van 60 à 70 dollar per vat.”

Joly concludeert dat de vraag naar en het aanbod van olie in evenwicht zijn, “dus ik denk niet dat we naar een situatie gaan waarbij de olieprijs, zoals in de periode 2010-2014, nooit onder de 100 dollar is gezakt”.

olieprijs

Risicopremie

“Wat de markt wellicht wel zal inrekenen, is een risicopremie”, merkt Erik Joly tot slot op. Dat is een lichte meerprijs op olie omdat het vertrouwen in de Saudische olieproductie afgelopen weekend plots een ferme knauw heeft gekregen.

“Saudi-Arabië is altijd een heel stabiele en stabiliserende factor geweest binnen de OPEC. Maar de aanvallen van afgelopen weekend hebben aangetoond dat de helft van hun olieproductie onverwacht stilgelegd kan worden. Dat is iets waar de markten voortaan rekening mee zullen houden. Voordien had men nooit gedacht dat dit kon gebeuren.”

Joly herinnert eraan dat eind vorig jaar de prijs voor een vat olie richting 86 dollar ging, toen de VS sancties oplegde aan Iran. “Nu is het geopolitieke spectrum potentieel veel gevaarlijker omdat Riyad en Teheran (Saudi-Arabië en Iran dus, red.) een oorlog zitten uit te vechten in Jemen, met tegengestelde belangen”, stelt Joly vast.

“Het feit dat men Saudi-Arabië heeft kunnen aanvallen en de mogelijkheid dat het conflict in Jemen verder op de spits wordt gedreven, dat is iets wat de markten gaan inprijzen”, voorspelt Erik Joly. “Dat zal zeker geen 10 dollar per vat zijn, maar het is best mogelijk dat er stelselmatig 2 à 3 dollar bij de prijs van een vat olie gerekend zal worden.”

BAERT, B. Waarom u beter vandaag nog even kunt gaan tanken. www.vrt.be, 17 september 2019. Geraadpleegd op 18 september 2019 via www.vrt.be
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo