Mogen Zwitserse banken nog geld scheppen?

Moeten banken al het geld op de zichtrekeningen voortaan zelf in kas houden? Daarover zullen de Zwitsers zich moeten uitspreken in een referendum.

De initiatiefnemers verzamelden meer dan 100.000 handtekeningen, die ze in de Zwitserse hoofdstad Bern kwamen afgeven.
Een commerciële bank mag geen geldbiljetten drukken – dat mag alleen de centrale bank. En toch is het niet moeilijk voor een bank om geld bij te creëren. Als de bank een lening uitschrijft, verschijnt een nieuw getal op iemands bankrekening. En zo ontstaat nieuw geld. Dat geld wordt besteed en raakt dus zo in omloop. Een bank creëert dat geld niet uit het niets: het heeft natuurlijk ook geld in kas, bijvoorbeeld van spaarders. Maar dat is slechts een fractie van de totale som uitgeleend geld.

Dat kan niet langer. Toch niet als het van het Zwitserse Monetäre Modernisierung (MoMo) afhangt. Die vereniging wil dat banken niet langer elektronisch geld kunnen creëren. Net zoals bij munten en biljetten komt dat enkel de Zwitserse centrale bank toe. Al het geld dat in de economie circuleert, moet ‘Vollgeld’ zijn, of voluit: ‘vollgültiges gesetzliches Zahlungsmittel’ – ‘volledig geldig wettelijk betaalmiddel’.

Banken kunnen nog steeds leningen uitschrijven, maar dan moeten ze het geld wel eerst ophalen bij spaarders, andere banken of de centrale bank. Tegelijk zijn er sterke beperkingen aan het geld dat mag uitgeleend worden. Geld op zichtrekeningen moet volledig aangehouden worden – en niet slechts een fractie zoals nu het geval is.

Referendum

Het is MoMo menens. De vereniging verzamelt sinds juni 2014 handtekeningen om een referendum af te dwingen. Gisteren diende het Vollgeld-Initiative 111.819 handtekeningen in, ruim meer dan de benodigde 100.000.

‘Vollgeld’ heeft alleen maar voordelen, oppert MoMo. Als banken al het gedeponeerde geld ook moeten aanhouden, worden bank runs vermeden. Dure reddingen met overheidsgeld zijn dan niet meer nodig. Ook kredietzeepbellen worden minder waarschijnlijk want banken kunnen niet langer ongebreideld geld uitlenen.

Nog een voordeel is dat de winsten uit geldcreatie niet langer in commerciële maar in publieke handen komen. Volgens het initiatief gaat het in totaal om 5 tot 10 miljard Zwitserse frank (4,6 tot 9,2 miljard euro).

Nieuw is het Zwitsers voorstel allerminst. Na de Grote Depressie werd ‘bankieren met volledige reserves’ al voorgesteld door verschillende economen. Maar geen enkel land voerde dat systeem uiteindelijk in.

Sinds de financiële crisis duikt het voorstel opnieuw nadrukkelijker op. In opdracht van de IJslandse regering ontwierp econoom en parlementslid Frosti Sigurjonsson een banksysteem dat op ‘Vollgeld’ lijkt. En ook in Nederland en Groot-Brittannië werd er al in het parlement over gedebatteerd.

Nationalisering

Nochtans zijn veel economen sterk gekant tegen het voorstel. Zo ook Paul De Grauwe, professor aan de London School of Economics (LSE). ‘Het betekent de facto dat het betaalsysteem genationaliseerd wordt. Er zijn nochtans andere manieren om het risico te beperken, zoals de verplichting om voldoende kapitaal aan te houden.’

Volgens De Grauwe is het ook een illusie dat een zeepbel niet meer kan ontstaan. ‘Als de banken beperkt worden, zullen schaduwbanken ontstaan. Daarop moet je dan ook ingrijpen, maar waar stopt dat?’

Martin Wolf, de gezaghebbende columnist van Financial Times, is wel een voorstander. ‘Ons financieel systeem is zo onstabiel omdat de staat het eerst toeliet om nagenoeg alle geld in de economie te creëren, en dan gedwongen werd om het te verzekeren.’

Het Zwitserse referendum zal trouwens nog even op zich laten wachten. Doorgaans vindt zoiets pas drie jaar na het indienen van de handtekeningen plaats.

DE SMET, D. Mogen Zwitserse banken nog geld scheppen?. De Standaard, 2015-12-02, 28.

 

 

E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo