Donald Trumps nakende intrede in het Witte Huis katapulteerde de dollar bijna naar het hoogste peil in 13 jaar. Voor veel Belgische bedrijven betekent de dure Amerikaanse munt een mooi eindejaarsgeschenk.
De plannen van Donald Trump om massaal te investeren en tegelijk de belastingen terug te schroeven, ontlokten een rally van de dollar. Sinds de presidentsverkiezingen spurtte de Amerikaanse munt 5,00 % hoger. Voor één euro krijg je nog 1,06 dollar. Dat is het hoogste peil voor het groene biljet in anderhalf jaar, en zelfs bijna in 13 jaar. Veel economen voorspellen dat een euro binnenkort evenveel kost als een dollar.
De marktspelers gaan ervan uit dat Trump de inflatie zal doen stijgen en het begrotingstekort zal laten oplopen. De Amerikaanse centrale bank zal daarom geneigd zijn de rente meer te doen stijgen. Die hogere rente zal internationale beleggers lokken naar Amerikaanse obligaties, wat de munt verder ondersteunt. De massale investeringspolitiek moet bovendien de economische motor een versnelling hoger doen schakelen, het belangrijkste koopargument voor het groene biljet.
‘De intrede van Trump in het Witte Huis heeft onze economische voorspellingen op hun kop gezet’, zegt Koen De Leus, de hoofdeconoom van BNP Paribas Fortis. ‘Wij voorzagen aanvankelijk een forse vertraging in de VS, misschien zelfs een recessie. Maar zijn plannen zullen de Amerikaanse economie een boost geven, wat ook gunstig is voor Europa. De duurdere dollar ondersteunt de Europese export en doet ook de inflatie bij ons toenemen. Daarom verhogen we onze prognoses voor de Belgische economische groei van 1,20 naar 1,40 %.’
Het is niet altijd makkelijk om de dollarimpact voor individuele bedrijven in te schatten. Veel ondernemingen laten de beleggers in het ongewisse over de verdeling van hun omzet of winst volgens regio of munt. Voor vennootschappen die veel omzet in dollar boeken, maar vooral kosten in euro of een andere munt torsen, is de hogere waarde van de ‘greenback’ goed nieuws. Zij zien hun marges in euro stijgen.
Veel bedrijven die dollars ontvangen, torsen echter ook kosten in de Amerikaanse munt, zoals groepen met fabrieken in de VS als Solvay en AB InBev of een warenhuisketen als Ahold Delhaize. Die laatste moet de lonen van 210.000 Amerikaanse medewerkers in dollar betalen, de meerderheid van de 375.000 werknemers. Veel ondernemingen torsen bovendien schulden in de Amerikaanse munt. Voor dollargevoelige bedrijven is dat een verstandige zet, want het vormt een natuurlijke manier om zich tegen wisselkoersrisico’s in te dekken. Het gros van de schulden van Ahold Delhaize noteert daarom in dollar. Veel bedrijven maken ook hun offertes op in dollar, maar beperken de blootstelling aan het muntrisico door ze onmiddellijk via opties af te dekken. Dat doet onder meer de bouwgroep CFE.
De sector die wellicht het meest en het snelst de impact van de dollarrally voelt, is die van de grondstoffen. Vrijwel alle grondstoffen – van metalen tot suiker of katoen – noteren in de Amerikaanse munt. De zinkgroep Nyrstar profiteert dankzij Trump niet alleen van de stijgende dollar, maar ook van de opmars van de zinkprijs. Zink noteert op het hoogste peil in zes jaar. ‘Voor Nyrstar kan de impact van een aangehouden dollarstijging significant zijn’, stelt een analist. ‘Omdat het zijn inkomsten voor een groot stuk in dollar verdient en de kosten overwegend in euro zijn, zet de dollar een multiplicator op de bedrijfskasstroom. In zijn jaarverslag zegt Nyrstar dat een daling van de euro tegenover de dollar met 10,00 % resulteert in een stijging van de bedrijfskasstroom met 123 miljoen euro.’
Aangezien de dollar sinds de verkiezing van Trump 5,00 % steeg, komt dat overeen met 61,5 miljoen dollar extra bedrijfskasstroom (ebitda), op voorwaarde dat de munt niet weer zakt natuurlijk.
‘Voor het staaldraadbedrijf Bekaert is het effect minder eenduidig’, vervolgt de analist. ‘Zowel in omzet (14%) als bedrijfswinst (9%) zijn de VS historisch minder vertegenwoordigd in de cijfers, al heeft Bekaert er met de kabelmaker Bridon wel activiteiten in Noord-Amerika bijgekregen. Omdat die divisie nog wat achteroploopt qua winstmarge, is de impact van een aangehouden dollarbeweging eerder beperkt. Wat wel kan spelen, is het ‘made in America’-aspect waar Bekaert in zijn jongste kwartaalupdate op alludeerde. Als Trump doorzet met zijn geplande investeringen in infrastructuur, dan zou Bekaert daarvan kunnen profiteren.’
‘Het is ook interessant op te volgen hoe de Chinese yuan en de Zuid-Amerikaanse munten bewegen tegenover de dollar en de euro’, klinkt het. ‘Stel dat de yuan meestijgt in het zog van de dollar, dan is dat uiteraard goed nieuws voor Bekaert. Aan de andere kant: als de Zuid-Amerikaanse munten mee versterken, is het negatief, want de voorbije kwartalen kon Bekaert erg profiteren van de verzwakte munten die de lokaal geproduceerde producten er goedkoper maakten ten opzichte van Aziatische import.’
Voor de materiaaltechnologiegroep Umicore is de zege van Trump een tweesnijdend zwaard. Enerzijds duwden de hogere Amerikaanse rente en de duurdere dollar de koersen van goud en zilver lager. Aangezien Umicore als ’s werelds grootste ‘bovengrondse goudmijn’ veel van die edelmetalen via recyclage recupereert, is dat negatief voor de cijfers. Anderzijds compenseren de hogere metaalprijzenwordt dat.
Voor Agfa-Gevaert is de daling van de zilverprijs met 12,00 % tot 16,40 dollar per ounce sinds de Amerikaanse stembusgang dan weer een zegen. Hoewel Agfa veel minder dan vroeger afhankelijk is van de perikelen op de zilvermarkt, is de beeldvormingsgroep uit Mortsel nog altijd ’s werelds grootste verbruiker van het edelmetaal. Het is een basisgrondstof voor röntgenfoto’s en analoge printplaten. ‘Elke daling van de zilverprijs met 1 dollar per ounce betekent 4 miljoen euro extra brutowinst voor Agfa’, stelt KBC Securities-analist Guy Sips. De recente knik in het zilver komt bijgevolg neer op 8,8 miljoen euro extra winst voor Agfa.
Wat de dollar betreft, schat Agfa in zijn jongste jaarverslag dat een klim van 10,00 % van de dollar en dollargerelateerde munten de winst 16,4 miljoen hoger stuurt. De klim met 5,00 % creëert dus 8,2 miljoen euro extra winst.
Agfa krijgt nog een derde boost van Trump: de stijgende rente. Agfa torst zware pensioenverplichtingen voor zijn ex-werknemers. Als de inkomsten van de (meestal vastrentende) beleggingen in het pensioenfonds niet volstaan, moet de groep het verschil bijpassen. Vorig jaar stak Agfa 80 miljoen euro toe. Dit jaar zou dat wellicht op 150 miljoen zijn beland als de rente op het lage niveau van de nazomer was blijven sudderen. De groep verklaarde dat elke daling van de rente met 25 basispunten haar 80 miljoen euro extra kost. Als we die berekening omdraaien, is de klim met pakweg 50 basispunten sinds Trumps verkiezing goed voor 160 miljoen euro extra in Agfa’s schuif. Dat is echter theoretisch en voor de lange termijn. We rekenen er wel op dat de renteklim Agfa dit en volgend jaar enkele tientallen miljoenen zal doen besparen op zijn pensioenuitgaven.
Heilige Drievuldigheid
Trump vormt dus voor Agfa de Heilige Drievuldigheid: zowel de impact op het zilver, de dollar als de rente stut de winstrekening. Daarom mogen we Agfa bestempelen als ‘Trump-winnaar’ van de Brusselse beurs.
De grootste dollarverdiener op het Belgische koersenbord is de brouwreus AB InBev, maar die heeft ook een sterke natuurlijke afdekking van de munt: het bedrijf torst de meeste kosten en leningen in het groene biljet. Noord-Amerika (de VS en Canada) vertegenwoordigde in het derde kwartaal 26,00 % van het brouwvolume, maar het is in de resultatenrekening nog crucialer: de regio tekent voor 39,00 % van de omzet, en zelfs voor 43,00 % van de bedrijfscashflow. Blijkbaar verdient AB InBev een pak meer aan een Budweiser dan aan een Waalse Jupiler of een Braziliaanse Brahma.
Andere grote dollarverdieners zijn Solvay, UCB en Tessenderlo. De chemiegroep Solvay telt sinds de overname van het Amerikaanse Cytec 47 fabrieken in de VS. Het land is goed voor 27,00 % van de omzet. Solvay kan profiteren van Trumps voorliefde om in de VS meer naar olie en gas te boren, aangezien het chemicaliën levert voor schalieboringen. Ook voor Tessenderlo zijn de VS veruit de grootste markt, goed voor een derde van de omzet. De groep is er voornamelijk actief via de maker van vloeibare meststoffen Kerley en bouwt er volop capaciteit bij. De farmagroep UCB realiseert zelfs 47,00 % van haar verkoop in de VS.
Ook voor Melexis is de dollar razend belangrijk. Deze week verhoogde het beurshuis Degroof Petercam de rating voor de maker van chips voor de auto-industrie van ‘houden’ naar ‘kopen’. ‘Wij schatten dat elke stijging van de dollar met 5 cent de bedrijfswinst van Melexis 3 à 4 miljoen euro hoger stuurt’, redeneert analist Marcel Achterberg. Hij ziet de opmars van het groene biljet samen met de sterke vraag naar auto’s in China als de nieuwe rugwind.
Melexis geeft de dollarafhankelijkheid toe, maar tempert het enthousiasme. ‘Wij factureren 55,00 à 60,00 % in dollar. Onze kostenbasis in dollar is een stuk lager. Dus voor ons is de sterke Amerikaanse munt positief’, zegt Geert Reynders, verantwoordelijke voor de investeerdersrelaties bij Melexis. ‘Onze prognoses voor 2016 zijn al sinds begin dit jaar gebaseerd op een wisselkoers van 1,10 dollar per euro. Ondanks de recente klim ziet het ernaar uit dat de gemiddelde dollarkoers voor 2016 zeer dicht bij die 1,10 zal uitkomen. Vanuit dat perspectief is de impact bij ons op korte termijn beperkt.’
Er zijn ook heel wat bedrijven die voornamelijk Amerikaanse sectorgenoten hebben en door de klim van het groene biljet hun concurrentiepositie zien verbeteren. Dat is zo voor de Waalse maker van bestralingsapparatuur IBA, die tegen het Amerikaanse Varian als topconcurrent moet opboksen. Voor de beeldvormingsgroep Barco zijn de Amerikanen Christie (medische beelden) en Daktronics (megabeeldschermen) mededingers naar wereldwijde contracten. Barco realiseert 37,00 % van zijn omzet op het Amerikaanse continent.
Ook de specialist in beeldservers EVS heeft een pak sectorgenoten in de VS. Bovendien is het belang van de regio Noord-Amerika de voorbije jaren gestegen van 30 naar 35,00 à 40,00 % van de omzet. ‘Amerikaanse concurrenten zien in Europa hun server van pakweg 100.000 dollar 12.000 euro duurder worden bij 1,05 dollar tegenover 1,30 dollar’, zegt een woordvoerder van EVS. ‘Al zullen zij wel een Europese prijslijst hebben, maar hun marges worden in ieder geval kleiner door hun hogere vergelijkbare kostenbasis.’
Voor Deceuninck worden de VS elk jaar een tikkeltje belangrijker. In het derde kwartaal tekende de regio voor 18,50 % van de omzet van de fabrikant van pvc-bouwprofielen. Resilux’ vestiging in Atlanta was vorig jaar goed voor 8,50 % van de bedrijfskasstroom. De specialist in petverpakkingen breidt in de VS gevoelig uit door er een tweede productiehal te bouwen.
Lotus Bakeries timmert aan zijn eerste fabriek in de VS. Amerika is de grootste groeimarkt voor ‘biscoff’, zoals speculoos daar heet. Maar omdat de koekjesbakker vrijwel alle muntrisico’s meteen indekt, komt een stijging van de dollar met 5,00 % slechts overeen met 133.000 euro meer bedrijfswinst voor de groep, staat in het jongste jaarverslag. Proficiat aan Lotus om de valuta-impact zo nauwkeurig te berekenen.
Voor sommige Belgische bedrijven is de dollar zo belangrijk dat ze hun resultatenrekening opmaken in die munt. Dat geldt voor de rederijen Euronav en Exmar, aangezien de wereldwijde vrachttarieven in dollar worden uitgedrukt. De plantagegroep Sipef ontvangt 95,00 % van haar inkomsten in dollar. Daarom rekenen ze op het kasteel Calesberg in Schoten, de hoofdzetel van Sipef, al tien jaar nog enkel in dollar.