De toepassing van de regels rond deugdelijk bestuur in de Belgische beursgenoteerde bedrijven neemt toe. Slechts één op de 25 ondernemingen houdt zich niet aan de afspraken.
Dat blijkt uit een onderzoek van Guberna, het Instituut voor Bestuurders, en het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO). Er is een nalevingsscore van 96,00 % op voor de zogenaamde Code 2009, beter bekend als de vroegere code Lippens.
De “Belgische Corporate Governance Code 2009” bevat bijvoorbeeld voorschriften over een minimum aantal vrouwen in de raad van bestuur, maximale duurtijd van bestuursmandaten of een correcte rapportering van het loon van het management, met onder meer een vast en variabel deel van dat loon.
De vijfde evaluatie leverde een score op van 96 procent van de onderzochte bepalingen van de code die nageleefd worden. Voor 92,00 % gaat het om een onverkorte toepassing, in 4,00 % wordt de code niet toegepast maar wordt de afwijking voldoende onderbouwd (het ‘comply or explain’-principe waar de Commissie Corporate Governance zeer voorstander van is). De resterende vier procent is de niet-naleving, een goede score in Europese context.
In 2011 was er een nalevingsscore van 95,00 %, in 2005 van 85,00 %. Dertien bedrijven leven alle codebepalingen onverkort na of motiveren alle uitzonderingen voldoende.
Begin dit jaar startte de Commissie een sensibiliseringscampagne bij de ondernemingen. Streefdoel is een nalevingspercentage van 100,00 % in 2016.
De vroegere Code Lippens dateert van 2004 en kreeg in 2009 een update, die bij wet erkend is. Voor de niet-beursgenoteerde bedrijven is er de code Buysse.
