Ons land ‘viert’ op 8 augustus, als laatste Europese lidstaat zijn Tax Liberation Day, de fiscale bevrijdingsdag. ‘Belgische werknemers worden nog steeds zwaarder belast dan hun collega’s in andere landen’, klinkt het.
De Tax Liberation Day is de kalenderdag waarop een werknemer in theorie stopt met belastingen te betalen aan de staat en voor zichzelf begint te werken. Het concept en het bijbehorende rapport, dat dit jaar voor de vierde keer verscheen, werden opgesteld door de denktanks New Direction en Institut économique Molinari in opdracht van de conservatieve fractie in het Europees Parlement.
De Tax Liberation Day mag niet verward worden met de Tax Freedom Day van de consultant PwC. Daarbij worden de totale belastinginkomsten van een land afgewogen tegenover het bruto binnenlands product. PwC legde zijn ‘belastingvrije dag’ op 14 juni.
De Tax Liberation Day valt dit jaar drie dagen later dan in 2012. ‘België behoudt zijn koppositie als Europees land dat arbeid tegen het hoogste percentage belast’, luidt de conclusie van het rapport. ‘Een werkgever besteedt hier 2,52 euro aan een typische werknemer, waarvan na belastingen 1 euro netto overblijft. Het reële belastingtarief bedraagt daarmee ruim 60 procent, tegenover een Europees gemiddelde van 45,06 procent.’
Uit de Europese vergelijking in het rapport blijkt dat het loon in Cyprus het minst belast wordt. Daar viel Tax Liberation Day al op 14 maart. In het Verenigd Koninkrijk viel die dag op 13 mei, in Nederland op 27 juni, in Duitsland op 13 juli en in Frankrijk op 26 juli.
Het concept van fiscale bevrijdingsdagen wordt vaak bekritiseerd. Met het belastinggeld worden immers heel wat sociale voorzieningen betaald, zoals de kinder- bijslag en de ziekteverzekering. Als dat in rekening wordt genomen, werken we hoogstens twee maanden voor de staat, opperde vicepremier Johan Vande Lanotte (sp.a) eerder al.