Drie lessen uit het dossier-Proximus

Eigenlijk is het te gek voor woorden. Proximus gaat op zoek naar 1.250 nieuwe medewerkers met een technisch profiel. Die zijn waarschijnlijk moeilijk te vinden. En tegelijk wil het bedrijf afscheid nemen van 1.900 personeelsleden van wie de competenties niet langer voldoen aan de noden. Tegelijkertijd een rekruteringscampagne organiseren en een afvloeiingsprocedure afwikkelen: is dat geen verspilling van tijd, geld, energie en vooral van menselijk kapitaal?

Er is niet alleen een mismatch tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, maar ook binnen bedrijven. Het bestaande medewerkersbestand voldoet niet aan de nieuwe personeelsbehoeften.

Dat bewijst dat er iets grondig mis is met de Belgische arbeidsmarkt. Niet dat de problemen nieuw zijn. Al vele jaren wordt er gewezen op de zwakke punten: het rigide loonstelsel, de geringe flexibiliteit, de beperkte inspanningen tot bijscholing. Uit de situatie bij Proximus kunnen minstens drie lessen worden getrokken.

Ten eerste: het vastbenoemde statuut is niet meer van deze tijd. Het impliceert dat een baan bij de overheid een vast en onveranderlijk gegeven is. De vastbenoemden bij Proximus bewijzen net het tegendeel. Ze zijn ooit aangeworven door een gezapige overheidsregie, maar werken nu voor een commercieel gedreven bedrijf in een hyperconcurrentiële omgeving.

Ten tweede: de anciënniteitsbeloning moet dringend op de schop. Uit cijfers van Acerta bleek onlangs nog dat een 55-jarige 75,00 % meer verdient dan een 25-jarige. Dat hoeft geen probleem te zijn: veel vijftigers zijn hun geld dubbel en dik waard. Maar loon automatisch koppelen aan anciënniteit, zonder daaraan eisen of verplichtingen te koppelen, leidt niet zelden tot een ‘gouden kooi’: een goedbetaalde functie die niet langer beantwoordt aan wat het bedrijf nodig heeft.

Ten derde: formules om vroeger te stoppen met werken, zenden het verkeerde signaal uit. Decennialang hebben Belgische werknemers de impliciete boodschap gekregen dat ze al ver voor de wettelijke pensioenleeftijd aan de beëindiging van hun loopbaan mochten gaan denken. Er was geen enkele prikkel om tot minstens 65 jaar concurrentieel te blijven op de arbeidsmarkt. Dat wreekt zich nu.

Proximus-ceo Dominique Leroy is van plan om voor de 1.250 vacatures ook intern te rekruteren, via omscholing. Zo kan het aantal afvloeiingen maximaal beperkt worden. Als dat lukt, is het een mooi signaal: ook oudere werknemers kunnen nog aan een nieuwe uitdaging beginnen.

MOOIJMAN, R. Drie lessen uit het dossier-Proximus. De Standaard, 11 januari 2019, 2.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo