mens en samenleving logo

Opluchting over ‘great deal’ in Noord-Amerika

Het vrije handelsverkeer tussen Canada, de VS en Mexico – goed voor 1.200 miljard dollar per jaar – is gered. Bedrijven en beleggers zijn opgelucht dat er geen handelsoorlog komt in Noord-Amerika.

Het 24 jaar oude Nafta-handels­akkoord tussen de buurlanden Canada, de Verenigde Staten en Mexico bestaat niet meer. Dat is geen verrassing. Nafta was al enige tijd ten dode opgeschreven door de politiek van de Amerikaanse president Donald Trump. Die omschreef Nafta tijdens zijn verkiezingscampagne en in zijn eerste maanden als regerings­leider zonder verpinken als ‘een complete ramp’ voor de Amerikaanse bedrijven en burgers.

Sinds zondagavond is er een nieuw handelsakkoord voor de drie buren uit Noord-Amerika. Na maandenlange en bijzonder moeizame onderhandelingen raakten de delegaties van Canada en de VS het eens over Nafta 2.0, al wordt die term niet gebruikt. Het officiële nieuwe letterwoord luidt USMCA.

Voor de Canadese premier Justin Trudeau was het erop of eronder. Trudeau stond in eigen land onder enorme druk om zich aan te sluiten bij het bilaterale handelsakkoord dat Trump eind augustus al had bereikt met Mexico. Volgens de Canadese Conference Board, een onafhankelijke denktank, zou het wegvallen van het handelspact met de Verenigde Staten de economische groei van Canada met 0,6 procentpunt doen dalen. Dat scenario is van de baan. De immense Amerikaanse consumentenmarkt blijft openstaan voor bedrijven uit Canada (en Mexico).

Wat winnen de VS bij het nieuwe handelsakkoord? President Trump heeft het in zijn gekende stijl over een ‘great deal’ en claimt een belangrijke politieke overwinning. Is dat ook zo?

Trump heeft in ieder geval een soepelere toegang bekomen voor de Amerikaanse zuivelboeren op de erg afgesloten Canadese markt. Het speciale Canadese prijs­mechanisme voor zuivelproducten, dat nefast was voor de Amerikaanse melkboeren, wordt herzien.

Daarnaast kan Trump zwaaien met een hele reeks voorwaarden waaraan autoproducenten uit Canada en Mexico moeten voldoen om wagens te mogen exporteren naar de VS. Die auto’s moeten voor minimaal 75,00 % bestaan uit onderdelen die afkomstig zijn ‘uit de regio’. Lees: amper 25,00 % van de onderdelen mag uit Europa, Japan of China komen. En 40,00 % van de auto’s moet gemaakt zijn door werknemers die minimaal 16 dollar per uur verdienen.

Dat laatste moet de Amerikaanse auto-industrie beschermen tegen concurrentie uit het ‘lagelonenland’ Mexico. ‘Wij gaan veel meer auto’s maken’, beloofde Trump gisteravond. ‘Onze autobedrijven gaan niet langer wegtrekken uit de Verenigde Staten en hier werknemers ontslaan om daarna ergens anders een fabriek te bouwen. Ze hebben geen reden meer om dat te doen.’

In ruil worden Canada en Mexico door Trump vrijgesteld van hogere importtarieven op buitenlandse wagens. Die vrijstelling valt pas weg als ze meer dan 2,6 miljoen wagens naar de VS uitvoeren.

Wall Street tevreden

Op Wall Street heerste tevredenheid over de handelsdeal. De belangrijkste beursindexen gingen met 0,50 tot 0,80 % omhoog.

Toch kwam er ook (voorzichtige) kritiek. Zoals van Mary Lovely, econome aan de Universiteit van Syracuse. ‘Dit is in de eerste plaats een versterking van “fort Amerika”, met allerlei extra regeltjes en procedures. Dat zal de Amerikaanse bedrijven niet helpen om op de wereldmarkten de strijd te winnen van hun concurrenten uit China.’

Opluchting over ‘great deal’ in Noord-Amerika. De Standaard, 2018-10-02, 26.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers