Hallo/Help!(*), vrije markt

(*) Schrappen wat niet past

Na 31 jaar komt er morgen een einde aan de Europese melkquota. Boeren mogen voortaan zoveel melk produceren als ze willen. Voor sommigen een bevrijding, voor anderen bang afwachten of ze in de vrije markt wel kunnen overleven.

quota

1. Waarom werden de melkquota ­ingevoerd?

Uit schrik voor voedselschaarste kregen de Europese boeren in de jaren 60 en 70 de opdracht zo veel mogelijk te produceren. Hoe meer ze produceerden, hoe meer subsidies ze kregen. Dat leidde tot overproductie en de boterbergen en melkplassen. Daarom voerde Europa in 1984 een melkquotum in. Elke melkveehouder mocht niet meer produceren dan een vast aantal liter melk. Wie wilde uitbreiden, moest een melkquotum van een andere melkveehouder kopen. Op die manier werd de productie onder controle gehouden.

2. Waarom worden de melkquota nu afgeschaft?

Het Europese landbouwbeleid evoluteert naar een meer vrije markt. In de jaren 80 en 90 kocht Europa melkoverschotten op en dumpte die tegen een goedkope prijs op de internationale markt. De Wereldhandelsorganisatie bepaalde in 2004 dat die exportsubsidies moesten verdwijnen, omdat ze oneerlijke concurrentie betekenden voor ontwikkelingslanden. Sindsdien schommelen de prijzen meer. Maar de boeren moesten met één hand gebonden op de rug produceren. Als de prijs daalde, deelden ze in de klappen; als de prijs steeg, mochten ze toch niet extra produceren.

3. Voor de melkboeren is de ­afschaffing dus goed nieuws?

De meningen zijn verdeeld. Volgens Europees commissaris voor Landbouw Phil Hogan en sommige landbouw­experts zal de vraag naar melk wereldwijd groeien en zullen melkveehouders daarvan profiteren. Vooral in Azië zou de eigen productie de vraag niet kunnen volgen. Melkveehouders die in het groeiscenario geloven en de middelen hebben om uit te breiden, zijn daarom optimistisch gestemd.

Anderen vrezen dat het afschaffen van de melkquota zal leiden tot grote overproductie en dus dalende prijzen. Nederland, een veel groter melkland dan Vlaanderen, verwacht de komende vijf jaar een stijging van de productie van 15 tot 20 procent. Er werden megastallen gebouwd, het aantal kalvingen is behoorlijk opgetrokken en er zijn grote investeringen gedaan in melkverwerkende bedrijven.

De melkprijs wordt hoe dan ook in Nieuw-Zeeland bepaald, dat vooral voor de wereldmarkt produceert. Maar die prijs geldt ook voor de melk die in Europa wordt geconsumeerd. En in Nieuw-Zeeland liggen de kosten een pak lager dan in Europa, omdat de grond er goedkoper is en de koeien buiten kunnen staan en gras eten.

4. Is de melkprijs laag of hoog?

Eind 2013-begin 2014 lag de prijs hoog, daarna is hij sterk gedaald. De jongste maanden is de prijs redelijk stabiel, maar bevindt hij zich op een eerder laag niveau. Omdat veel boeren met het oog op de afschaffing van het quotum de laatste twaalf maanden alvast extra hebben geproduceerd, moet België een boete betalen van 20 miljoen euro. Dat bedrag moeten de boeren zelf ophoesten. Voor heel Europa gaat het om een boete van 800 miljoen euro.

5. Betaalt Europa dan helemaal geen subsidies meer aan de melkboeren?

Toch wel. Op 1 januari is het Europese subsidiebeleid hervormd. Landbouwbedrijven kregen in het verleden een premie per hectare grond die ze bezaten. Hoe groot die premie was, verschilde heel erg van bedrijf tot bedrijf. In het nieuwe beleid kan elke landbouwer een beroep doen op een hectarepremie en probeert men de verschillen tussen bedrijven te verkleinen.

Omdat melkveehouderijen vaak veel grond hebben, liggen die subsidies behoorlijk hoog. In 2012 ging het in Vlaanderen om gemiddeld 19.300 euro per bedrijf. Voor een gemengd melkveebedrijf-akkerbouw lag het op 30.500 euro. Door het nieuwe beleid zal het subsidiebedrag voor melkveehouders met ongeveer 30 procent dalen.

GHIJS, I. Hallo/Help!(*), vrije markt. De Standaard, 2015-03-31, 13.

 

E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo