De Belgische vissers mogen volgend jaar tot 28 procent minder tong ophalen. Dat is de conclusie van de Europese Raad met de ministers van Visserij waaraan Vlaams minister Joke Schauvliege (CD&V) deelnam. Voor de Belgische vissers betekent de zoveelste daling van de tong-quota opnieuw een tegenvaller. Van de vissoorten is tong in België de belangrijkste met een omzet van 27,7 miljoen euro vorig jaar, goed voor 35,00 % van de totale visserijinkomsten.
Toch hadden de visserijquota nog strenger gekund. De Europese Commissie suggereerde om 60,00 % minder op te halen in het Kanaal en 3,00 % minder in de Keltische Zee. Na onderhandelingen kon dat worden teruggebracht tot respectievelijk 28,00 % en 15,00 %. Als compensatie zal worden gevist met grotere mazen, waardoor de jonge vissen ontsnappen, en zal er niet meer worden gevist in broedgebieden. Volgens Schauvliege is daarmee een beter evenwicht bereikt tussen de economische belangen van de visserij en het duurzaam beheer van het visbestand.
De resultaten van de onderhandelingen van de Europese ministers van Visserij over de nieuwe vangstquota stuiten de sector tegen de borst. ‘Het ontbreken van belangrijke gegevens hebben geleid tot automatische quotaverminderingen’, zegt Emiel Brouckaert, de directeur van de Rederscentrale. ‘Een beleid dat vissers beperkt in de mogelijkheid om een rendabel bedrijf uit te baten, is moeilijk aanvaardbaar.’
Voor de vissers was er ook wat goed nieuws te rapen, de quota op kabeljauw in de Noordzee stijgen met 5,00 %, pladijs zelfs met 15,00 %. Van rog mag volgend jaar even veel worden opgehaald en van schol 10,00 % minder.