Jobstudent mag 600 uur lang bijverdienen

Iets meer dan de helft van de studerende zestienplussers verdient een centje bij, tegen een fiscaal gunsttarief. Niet alleen in de schoolvakanties, maar ook tijdens het schooljaar. Wat zijn de spelregels voor jobstudenten (en hun ouders)?

1. Wie mag als jobstudent werken?

In theorie moet een schoolgaande jongere 16 jaar oud zijn om met een studentencontract bij te verdienen. In de praktijk mogen ook 15-jarigen aan de slag als jobstudent, op voorwaarde dat ze de eerste twee studiejaren van het middelbaar onderwijs hebben gevolgd. Wie deeltijds naar school gaat, kan alleen een studentenovereenkomst sluiten met een andere werkgever dan degene waarbij hij of zij een praktische opleiding volgt (in het systeem van leercontract).

Ook schoolverlaters kunnen nog (in beperkte mate) als jobstudent werken. Wie in juni afstudeert, kan nog tot 30 september als jobstudent aan de slag. Maar het is niet de bedoeling dat de werkgever de studentenjob gebruikt als een soort proefperiode voor een job met een gewoon arbeidscontract.

2. Hoeveel mag een jobstudent werken (en verdienen)?

In 2024 mag een jobstudent maximaal 600 uur per jaar werken. Ook vorig jaar was dat het toegelaten maximum. In 2022 lag de grens nog op 475 uur voor het volledige jaar. Die 600 uur mogen vrij gespreid worden over het gehele jaar. Ruim één jobstudent op de drie werkt tijdens het schooljaar.

Het (minimum)loon voor een jobstudent mag niet afwijken van de geldende lonen voor de werknemers in de sector waarin hij of zij actief is. De populairste sectoren voor studentenjobs zijn horeca en kleinhandel.

Studenten die binnen het contingent van 600 uur blijven, moeten op hun loon geen klassieke socialezekerheidsbijdrage van 13,07 % betalen, maar slechts een solidariteitsbijdrage van 2,71 % (het brutoloon is dus bijna gelijk aan het nettoloon). Ook voor de werkgever geldt een sterk verlaagde sociale bijdrage. Wie het maximum van 600 uur per jaar overschrijdt, moet op dat surplus de normale sociale bijdragen betalen.

Opgelet: jongeren mogen hun 600 uur studentenwerk combineren met maximaal 190 uur per jaar onder de regeling voor het verenigingswerk, bijvoorbeeld bij een sportploeg of cultuurorganisatie.

De liberale regeringspartij Open VLD wil de huidige beperkingen op het aantal uren studentenarbeid laten vallen. De parlementsleden Tania De Jonge en Vincent Van Quickenborne hebben begin dit jaar in de Kamer een wetsvoorstel ingediend om de 600 uren-grens af te schaffen.

3. Moet een jobstudent belastingen betalen?

Meestal wordt er op het loon van een jobstudent geen bedrijfsvoorheffing ingehouden. Er moeten sowieso geen belastingen worden betaald als het studentenloon lager ligt dan het grensbedrag van 15.100 euro (inkomsten in 2024). Dat is een brutobedrag en alleen van toepassing als er geen andere belastbare inkomsten zijn dan die als jobstudent. Verdient de student meer dan het jaarbedrag? Dan moet hij of zij op het inkomen boven die grens wel belastingen betalen.

Niet vergeten: elke jobstudent moet een eigen belastingaangifte invullen, ook als er minder is verdiend dan het fiscale maximumbedrag. In de meeste gevallen zullen jobstudenten een door de fiscus vooraf ingevulde aangifte (VVA) toegestuurd krijgen.

4. Moeten de ouders extra belastingen betalen?

Blijft een jobstudent fiscaal bekeken een ‘persoon ten laste’ van zijn of haar ouders? Daarvoor kijkt de fiscus naar de ‘nettobestaansmiddelen’ van de student – het bedrag dat de jobstudent heeft verdiend op jaarbasis. Voor kinderen van gehuwden of wettelijk samenwonenden ligt de grens voor het inkomstenjaar 2024 op 7.290 euro netto (of 12.422 euro bruto).

5. Behoudt een jobstudent het recht op kinderbijslag?

Ja, in Vlaanderen behouden alle kinderen tot 18 jaar sowieso het recht op het groeipakket (de vroegere kinderbijslag), ongeacht of ze eigen inkomsten hebben of niet. Ook jobstudenten tussen 18 en 25 jaar behouden het groeipakket, op voorwaarde dat ze de 600 uren-grens niet overschrijden. Studenten die met een ‘gewoon’ arbeidscontract werken, mogen tot 80 uur per maand werken zonder hun groeipakket te verliezen.

In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest mag een jobstudent maximum 240 uur per kwartaal werken om het recht op kinderbijslag te behouden. Let wel, deze bepaling geldt niet voor de maanden juli, augustus en september, voor zover de studies na de zomervakantie worden verdergezet. In Brussel worden alle arbeidsuren in rekening gebracht, ook als die met een ‘gewone’ arbeidsovereenkomst gepresteerd worden.
Gedetailleerde informatie kunt u vinden op de overheidswebsite: studentatwork.be