Voor het eerst sinds augustus zitten de consumentenprijzen in China weer in stijgende lijn. De Chinese beurs reageerde positief.
De essentie
- China heeft zich in februari uit een negatieve prijzenspiraal gewerkt.
- De Chinese regering wil de economie dit jaar met 5 % zien groeien. Om komaf te maken met de deflatie kondigt ze stimuluspakketten aan.
- De meeste economen zeggen dat die stimulus onvoldoende is om het groeidoel van 5 % te halen.
China heeft zich in februari uit een negatieve prijzenspiraal gewerkt. De voorbije maand landde de inflatie op 0,7 %. Dat is meer dan economen hadden verwacht en het is de eerste keer sinds augustus vorig jaar dat het cijfer opnieuw positief is. In januari was het nog -0,8 %.
Deflatie
De deflatie baarde economen zorgen. Ze betekent dat de binnenlandse vraag van gezinnen en bedrijven laag is, wat de economische groei bedreigt. De slabakkende vraag is een gevolg van het lage consumentenvertrouwen. China kampt met een etterende vastgoedcrisis – eind januari beval een rechter de liquidatie van de bouwreus Evergrande – en een haperende export. Vooral door de onzekerheid over de waarde van hun vastgoedinvesteringen houden veel Chinezen de hand op de knip.
Op het Nationaal Volkscongres in Peking de voorbije dagen sprak de regering niettemin de ambitie uit de economie dit jaar met 5 % te doen groeien, na 5,20 % groei in 2023. Voor die doelstelling is de aantrekkende inflatie positief.
Wel werd het inflatiecijfer in februari gedopeerd door Chinees Nieuwjaar. Dat is traditioneel een periode waarin de Chinezen veel geld uitgeven aan geschenken en bezoekjes aan de familie. De feestperiode viel in 2024 in februari, in 2023 was dat in januari. Dat gaf de inflatie wellicht een boost. Bovendien spendeerde de bevolking meer aan reizen dan voor de coronapandemie.
‘Het is te vroeg om te concluderen dat de deflatie in China voorbij is’, zegt Zhang Zhiwei, de hoofdeconoom van de Chinese vermogensbeheerder Pinpoint. Dat zeggen ook andere specialisten. ‘De verbetering is mogelijk eerder tijdelijk dan duurzaam’, zegt Xinyu Liu, econoom van Citigroup. ‘Meer stimulus is noodzakelijk om de opwaartse beweging in de prijzen te versterken en vast te houden.’
Stimuluspakketten
Om komaf met te maken met de deflatie kondigde de Chinese regering de voorbije dagen stimuluspakketten aan. Ze is van plan iets meer stimulus in de begroting te injecteren dan vorig jaar. Beleggers verwachten beperkte verlagingen van de beleidsrentes en van de reserves die banken moeten aanleggen.
De Chinese centrale bank verlaagde begin deze maand de kasreserve die de banken moeten aanhouden met 50 basispunten om de economie en de aandelenmarkt te ondersteunen. Volgens gouverneur Pan Gongsheng komt daardoor 1.000 miljard yuan (128 miljard euro) vrij. De grote banken moeten weldra 10 in plaats van 10,50 % van hun deposito’s als cashreserve aanhouden, de kleinere banken 8 %.
Maar de meeste economen zeggen dat de stimulus onvoldoende is om het groeidoel van 5 % te halen. Voor maart verwachten marktanalisten een lager inflatiecijfer. Het beurshuis Huatai voorziet een lichte deflatie, Nomura ziet de inflatie zakken naar 0,40 % en Pantheon Macroeconomics voorspelt dat de deflatoire druk aanhoudt in de eerste helft van het jaar.
Hoewel veel economen denken dat de inflatie in 2024 terugkeert, voorspellen ze een geldontwaarding van slechts 0,80 %. Dat is een stuk minder dan de officiële doelstelling van 3 %.
De Chinese beurzen reageerden maandag positief op het inflatiecijfer. De CSI300-index eindigde 1,3 0 %hoger.
