De nieuwe staatsbon, waarop u tot 3 maart kunt intekenen, levert netto 1,82 % per jaar op als u kiest voor een looptijd van drie jaar. Is het verstandig uw geld tegen die rente te parkeren?
Voor de eerste uitgifte van staatsbons in 2023 biedt het Federaal Agentschap van de Schuld de keuze tussen twee looptijden. Voor een staatsbon op drie jaar krijgt u een brutorente van 2,60 % per jaar, of netto1,82 %. Voor een staatsbon op tien jaar krijgt u 3 % bruto, of 2,10 % netto.
Of die rentes interessant zijn, hangt af van de evolutie van de langetermijnrente. Die valt niet te voorspellen. De consensus bij economen is dat de rente de komende maanden nog wat kan stijgen, maar dat ze terugvalt als de inflatie is afgekoeld. ‘We verwachten dat de Duitse tienjaarsrente tegen eind 2023 terugvalt van 2,50 naar 1,65 %. Vanuit dat perspectief oogt de rente van de staatsbon aantrekkelijk’, zegt Erik Joly van ABN AMRO Private Banking.
De vraag is ook of er alternatieven zijn die meer opleveren dan de veilige staatsbon, die uitgegeven en gegarandeerd wordt door de Bel-gische overheid. Met een spaarboekje, een termijnrekening of een kasbon geniet u een gelijkaardige veiligheid omdat die producten vallen onder de depositogarantie van 100.000 euro (per persoon en per bank). Maar wie de markt afspeurt, moet vaststellen dat weinig van die alternatieven meer opleveren dan de staatsbon.
Wie voor een spaarboekje kiest, strijkt maximaal 1,60 % op, en dan moet u uw centen minstens twaalf maanden op de rekening laten staan. Bij de termijnrekeningen vallen hogere rendementen te halen, maar ook hier ligt de lat van de staatsbon doorgaans hoger. De rente op termijnrekeningen met een looptijd van minstens één jaar steeg volgens de Nationale Bank in 2022 van gemiddeld 0,55 naar 2,08 % bruto, of ongeveer 1,50 % netto.
De grootbanken afficheren de rendementen op termijnrekeningen niet. Ze zijn alleen op aanvraag te verkrijgen. Middelgrote en kleinere banken publiceren wel hun rente. Wie een termijnrekening met een looptijd van drie jaar kiest, strijkt volgens spaargids.be maximaal1,65 % netto op. Daarvoor moet u aankloppen bij de Maltese prijsbreker Izola Bank, die onder de Maltese depositogarantie van 100.000 euro valt. Wie in de buurt wil komen van de 1,82 % van de staatsbon, moet bij Deutsche Bank zijn. Voor een termijnrekening van één jaar krijgt u een nettorente van 1,83 %, maar dan moet u wel minstens 100.000 euro investeren.
Ook voor de looptijd van tien jaar blijven de geafficheerde rendementen van de termijnrekeningen onder die van de staatsbon. Een termijnrekening op tien jaar levert bij Izola Bank 1,93 % netto op. Dat is minder dan de 2,10 % van de staatsbon.
Toch betekent dat volgens Joly niet dat u zomaar voor de staatsbon moet kiezen. ‘U kunt kiezen voor een Belgische overheidsobligatie op de secundaire markt. Wie een obligatie met vervaldag in oktober 2024 koopt, kan die obligatie op de kop tikken tegen 96 %. Het nettorendement komt dan op bijna 3 %. De looptijd is dan wel korter dan drie jaar, maar de debiteur (en het risico) is dezelfde. Wie iets hoger op de risicoladder klimt, kan kwaliteitsvolle bedrijfsobligaties op de kop tikken die op drie à vijf jaar een nettorendement van 3,50 à 4 % kunnen opleveren.’
Het nadeel van die obligaties op de secundaire markt is volgens Joly dat ze een lage coupon bieden en dat het rendement vooral in de meerwaarde zit. ‘Om die reden biedt de staatsbon nog een ander voordeel. Een nettorendement van 2,10 % op tien jaar kan weinig klinken, maar er zijn ook beleggers die jaarlijkse inkomsten uit hun beleggingen willen halen en op zoek zijn naar een veilige coupon.’
