mens en samenleving logo

Twee antipoden worden samen Nobelprijswinnaar voor Economie

Eugene Fama

In de jaren 60 be­pleit­te Eu­ge­ne Fama de ef­fi­ciënte wer­king van de beurs­koer­sen. In 2008, mid­den in de beurs­apo­ca­lyps na het om­val­len van de za­ken­bank Leh­man Bro­thers, leek die the­o­rie klink­kla­re non­sens te zijn ge­wor­den. Maar op 14 ok­to­ber 2013 krijgt hij er on­ver­wacht toch nog de No­bel­prijs voor. Na een on­voor­spel­baar tra­ject.

Fama werk­te in de jaren 60 over de on­voor­spel­baar­heid van beurs­koer­sen. Hij deed dat met de ef­fi­ciënte­markt­hy­po­the­se. Vol­gens de eco­noom uit Chi­ca­go ver­wer­ken beurskoersen au­to­ma­tisch alle be­schik­ba­re in­for­ma­tie over een be­drijf. Door het efficiënte ka­rak­ter van de markt ge­beurt dat on­mid­del­lijk. Het aan­kon­di­gen van een dividend bij­voor­beeld jaagt de koers met­een hoger.

De eer­ste uren na de initiële markt­re­ac­tie kan een be­leg­ger de beurs­koers moei­lij­ker voor­spel­len. Hij zou dat wel kun­nen als be­drijfs­in­for­ma­tie lang­zaam in de beurs­koers sluipt. Nu is elk aan­deel al een mooie volle doos, die alle waar­de reeds in zich draagt. Als je dan nog beter pres­teert dan de beurs, heb je geluk.

Toen de Ame­ri­kaan­se be­leg­gers in 2008 ont­dek­ten dat de Ame­ri­kaan­se hypotheekdoosjes niet vol, maar ei­gen­lijk leger dan leeg waren, werd Fama de meest uit­ge­spuw­de fi­guur in de eco­no­mi­sche we­reld. Ef­fec­ten gin­gen mas­saal van de hand, de zeepbel knap­te. Dat kon je toch niet be­paald ef­fi­ciënt markt­ge­drag noe­men?

The Eco­no­mist, het lijf­blad van eco­no­men, open­de de aan­val op Fama en an­de­ren. ‘Van alle zeep­bel­len die ooit uit el­kaar zijn ge­spat, ont­plof­ten er wei­nig zo spec­ta­cu­lair als de re­pu­ta­tie van de eco­no­mi­sche we­ten­schap zelf.’ Fama liet zich als lid van de Chi­ca­go­club, fa­na­tie­ke vrije­markt­fans, niet in de hoek duwen. ‘Ik heb mijn abon­ne­ment op The Economist op­ge­zegd. Al dat ge­praat over zeep­bel­len.’ Vol­gens Fama had­den be­leg­gers in 2008 ge­woon ge­an­ti­ci­peerd op een na­ken­de re­ces­sie.

Dat Fama gis­te­ren de No­bel­prijs kreeg, had nie­mand na die col­lec­tie­ve lynch­par­tij nog ver­wacht. Dat hij be­kroond wordt, samen met zijn groot­ste cri­ti­cus Shil­ler al he­le­maal niet. Het No­bel­prijs­co­mité is zo mo­ge­lijk nog on­voor­spel­baar­der dan de markt.

Ro­bert Shil­ler

Ro­bert Shil­ler werd na 2008 door de fi­nan­ciële com­mu­ni­ty ge­mak­ke­lijk­heids­hal­ve om­schre­ven als de ‘roe­per in de woes­tijn’. In 1981 al be­kri­ti­seer­de hij Eu­ge­ne Fama, met de stel­ling dat mark­ten niet nood­za­ke­lijk ef­fi­ciënt zijn. Tus­sen 2000 en 2006 zette hij dat punt kracht bij met zijn index voor de Ame­ri­kaan­se hui­zen­prij­zen. In de pe­ri­o­de tus­sen 2000 en 2006 steeg die met 87 pro­cent, de twee jaar daar­op­vol­gend zakte die index met 32 pro­cent. Een pure zeep­bel die de fabel van een ef­fi­ciënte markt door­prik­te, oor­deel­de Shil­ler. Onder het eco­no­men­volk was hij plots een soort Mes­si­as. Waar de Chi­ca­go-econoom Fama plots weg­zak­te op de No­bel­prijs­lijst­jes, maak­te Shil­ler fu­ro­re en op­gang.

Shil­ler was nog wel op meer vlak­ken de te­gen­pool van Fama. Zo is Shil­ler een aan­han­ger van de ge­drags­eco­no­mie, een vak waar Fama niet be­paald hoog mee op­loopt. De discipline speelt leen­tje­buur bij de psy­cho­lo­gie om het ge­drag op fi­nan­ciële en economische mark­ten te ver­kla­ren. De kern van Shil­lers dis­cours is daar ook ge­vormd: be­leg­gers zijn niet be­paald ra­ti­o­ne­le men­sen. En de markt is al he­le­maal niet lou­ter efficiënt of ra­ti­o­neel.

Shil­ler wist dat idee twee keer met verve uit te spe­len. Zoals eer­der ver­meld toon­de zijn Ca­se-Shil­ler­in­dex van de Ame­ri­kaan­se hui­zen­prij­zen net­jes de zeep­bel die in 2007 de Ame­ri­kaan­se en we­reld­eco­no­mie op de knieën dwong. Maar eer­der was hij ook al visionair over de zo­ge­naam­de dot­com-zeep­bel die om­streeks de mil­len­ni­um­wis­se­ling de stort­vloed aan IT­be­drijf­jes een halt toe­riep.

Ook in zijn vroe­ge­re aca­de­mi­sche werk in de jaren 80 zocht Shil­ler de te­gen­over­ge­stel­de weg van Fama op. Fama had mis­schien wel het punt ge­maakt dat de beurs­koer­sen op korte ter­mijn niet voor­spel­baar waren, maar dat hoef­de niet nood­za­ke­lijk te be­te­ke­nen dat de koers op lange ter­mijn al he­le­maal niet te voor­spel­len was, stel­de Shil­ler. Zo kan, als de prijs hoger staat dan het ver­wach­te di­vi­dend, wel ge­an­ti­ci­peerd wor­den op een val in de prij­zen.

Dat Shil­ler nu op het hoog­ste po­di­um­trap­je klimt met de eco­noom tegen wie hij al­tijd inging, is wel­licht ook voor hem een ver­ras­sing. Onder de om­schrij­ving ‘trendspot­ters van beurs­koer­sen’ be­kroon­de het No­bel­prijs­co­mité dus eer­der een vak­ge­bied dan twee eco­no­men apart.

HAECK, P. Twee antipoden worden samen Nobelprijswinnaar voor Economie. De Tijd, 2013-10-15, 2.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers