Het is bijzonder sneu voor wie zijn vakantie onzeker ziet worden, maar de luchtvaartsector krijgt wat hem toekomt

Bezien vanuit het oogpunt van de economische wetenschapper zijn we aan een bijzonder boeiende zomer begonnen.

De festivals, om daar de rondgang maar eens te beginnen, tonen een oefening in prijselasticiteit – de vraag hoe duur je een product in de markt kunt zetten vooraleer het publiek afhaakt. Wie afgelopen weekend Rock Werchter via sociale media probeerde te volgen, zal meer foto’s van dure pintjes en hamburgers tegengekomen zijn dan selfies met vrienden of artiesten. Maar de organisatoren mogen niet mopperen, want ondanks alle gezucht blijft er blijkbaar een ruim publiek over dat de dure tickets en bonnetjes wel wil blijven betalen.

Toch lijkt er wat te veranderen. In de festivalsector is een stevige selectie gaande. Het aanbod blijkt te groot, nu de tijd voorbij is dat jongelui een zomer lang van het ene feestje naar het andere konden liften. Dat is simpelweg onbetaalbaar geworden. Sowieso zal deze vorm van ontspanning (nog) meer voorbehouden blijven voor een selectiever, elitairder publiek uit de hogere middenklasse. Wie dit entertainment niet kan of wil betalen, kan vechten – soms letterlijk, helaas – voor een krap plaatsje in openbare domeinen of langs schaarse waterplassen. Camera’s en politie in gevechtsuitrusting komen op de koop toe.

De vragen over exploderende prijzen zijn dus wel degelijk meer dan een theoretische economische oefening. Dat blijkt ook op die andere hotspot van de zomer, de luchthaven. Vliegmaatschappij Brussels Airlines schrapt honderden vluchten om de werkdruk te verlagen. Ook bij de bagage-afhandelaars is de sociale vrede broos, en zelfs het personeel van Ryanair laat zich niet zomaar meer in zijn kot brullen door de baas.

Het is bijzonder sneu voor wie zijn vakantie onzeker ziet worden, maar de luchtvaartsector krijgt hier wat hem toekomt. In sectoren met weinig concurrentie konden lonen en arbeidsvoorwaarden jarenlang gedrukt worden. Maar nu de prijzen stijgen en arbeid schaars wordt, krijgen werknemers een hefboom om betere voorwaarden te eisen, ook in de bagagestocks in de luchthaven, op de precaire, onderste treden van de arbeidsmarkt.

Dat gebrek aan arbeidskrachten de dienstverlening schaarser en duurder zal maken, zie je niet alleen in de luchthaven. In de zorgsector wordt ernstig nagedacht over het ‘afschakelen’ van zorgtaken. In het onderwijs wordt geëxperimenteerd met grotere klassen, om het lerarentekort op te vangen. Telkens gaat het om essentiële maar ondergewaardeerde jobs, waarvoor amper gegadigden te vinden zijn op een oververhitte arbeidsmarkt.

Dit is politiek, economisch en sociaal buskruit. Net als op de festivalweide of op de luchthaven dreigt ook in onderwijs en zorg een kloof te groeien tussen wie zich goede, volwaardige diensten kan blijven permitteren en wie het met ‘minder, minder, minder’ moet stellen.

Die ongelijkheid zal een bron zijn voor oplopende maatschappelijke spanningen. De schermutselingen aan zwemvijvers zullen maar een zomers voorproefje zijn van bredere onrust, als dat risico niet onder ogen wordt genomen.

EECKHOUT, B. Het is bijzonder sneu voor wie zijn vakantie onzeker ziet worden, maar de luchtvaartsector krijgt wat hem toekomt. De Morgen, 5 juli 2022,2.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo