Spookbeeld van dure olie is terug

Doorbreekt olie binnenkort de drempel van 100 dollar per vat? Na de explosie van de gasprijzen duwt de dreigende Russische inval in Oekraïne ook de olie richting nieuwe prijspieken. Maar wat betekent dat voor uw portemonnee?

1 In hoeverre voelen we de dure olieprijzen ook aan de pomp?

De prijzen van Brentolie (Noordzeeolie) en de WTI-prijs (Amerikaanse olie) piekten eind vorige week respectievelijk op 96 en 95 dollar per vat, dat is het hoogste niveau sinds eind 2014.

De Belgische consumenten voelden dat vanzelfsprekend al in het tank­station, maar niet onmiddellijk (zoals in de meeste buurlanden wél het geval is). De benzine bijvoorbeeld steeg zaterdag in ons land nog naar een maximumprijs van 1,85 euro per liter. Maar de laatste prijsstijging voor diesel dateert van vorige dinsdag: die klom toen naar maximaal 1,79 euro per liter.

‘In België worden de prijsstijgingen op de internationale oliemarkt pas doorgerekend als ze een bepaald niveau overschrijden, waardoor er een zeker vertragingseffect op zit’, verduidelijkt Jean-Benoît Schrans, woordvoerder van petroleumfederatie Energia.

En vanzelfsprekend wordt de prijs van ruwe olie ook niet een-op-een doorgerekend. ‘De prijs van diesel en benzine is méér dan alleen de prijs van ruwe olie. Er zijn ook allerlei taksen en accijnzen waarmee je rekening moet houden. Maar over het algemeen is er wel een parallel te trekken tussen de stijgende olieprijzen en de prijzen aan de pomp.’

2 Waarom is olie nu zo duur ?

De snel stijgende vraag naar brandstof door het economisch corona­herstel, een olieproductie (aanbod) die achterblijft en oplopende geopolitieke spanningen: dat is de mix die de olieprijs richting de psychologische drempel van 100 dollar per vat jaagt. Vooral de dreiging van een imminente Russische invasie schudt de oliemarkt door elkaar.

Al kan dat natuurlijk snel veranderen. Na een stabiele opening gisterochtend, vielen de torenhoge olieprijzen op de internationale markten in de namiddag plots lichtjes van hun piekniveau terug. De aanleiding waren geruststellende verklaringen van de Russische minister Sergej Lavrov, die tegen president Poetin verklaard had dat hij wil blijven onderhandelen met het Westen. Sussende woorden die daarna alweer werden genuanceerd. Daardoor is een dreigende Russische inval in Oekraïne nog altijd niet van de baan en blijft de olieprijs ook de komende dagen wellicht extreem volatiel.

3 Hoe reageerden de beurzen?

De Europese beurzen openden gisteren stevig in de min, omdat het Witte Huis dit weekend een Russische invasie ‘imminent’ genoemd had. Diplomaten vluchtten naar de luchthaven en beleggers naar veilige havens, zoals obligaties. Maar net als de olieprijzen herstelden de Europese aandelenmarkten in de namiddag lichtjes door de sussende woorden van Lavrov. De verliezen bleven daardoor beperkt tot 1,00 à 2,00 %; de Bel20 sloot gisteren 1,85 % in het rood.

4 Wat als er binnenkort echt een oorlog uitbreekt in Oekraïne?

De gevolgen van een militair conflict op de aanbodzijde zijn groot, citeert The Wall Street Journal een recent rapport. Rusland exporteert vandaag zo’n 5 miljoen vaten ruwe olie per dag, wat neerkomt op ruwweg 12,00 % van de wereldwijde handel. Voor geraffineerde (lees: afgewerkte) petroleumproducten gaat het om 2,5 miljoen vaten per dag, goed voor 10,00 %. Bijna twee derde daarvan wordt verkocht in Europa.

Als Rusland minder olie kan of wil uitvoeren, kunnen de gevolgen voor de olieprijs hoog zijn. ‘Als er aan de aanbodzijde slechts enkele procenten ontbreken, kan de prijs spectaculair pieken’, bevestigt Philippe Gijsels, beursstrateeg bij BNP Paribas Fortis. En dat heeft volgens hem gevolgen voor de hele economie. ‘Elke 10 dollar extra per vat ruwe olie kost ons ongeveer 0,3 procent aan economische groei.’

5 Waar eindigt dit? Hoelang ­zullen deze prijsstijgingen nog ­duren?

Dat weet niemand. Al houden veel analisten wel hun hart vast. ‘Als het uit de hand loopt, kan de olieprijs ver boven de 100 dollar per vat schieten’, denkt Gijsels. Ook bij de andere grondstoffen zullen de prijzen verder stijgen, wat op zijn beurt de torenhoge inflatie in België nog verder zal omhoogduwen. En dat niet alleen vanwege de oorlogsdreiging in Oekraïne, maar ook door de structurele onderinvesteringen in olievelden. ‘Door de wereldwijde omschakeling naar groene energie, is er de voorbije jaren veel te weinig geïnvesteerd in de zoektocht naar nieuwe velden en het onderhoud van bestaande olievelden’, legt Gijsels uit. ‘En dat kost al snel 5 tot 10 procent aan productie, elk jaar weer.’

Aan een echte voorspelling wil Gijsels zich niet wagen. Anderen doen dat wel. De Amerikaanse bankreus JP Morgan bijvoorbeeld voorspelde in een beleggersnota van 11 februari al ‘een super­cyclus’, met olieprijzen tot 125 dollar per vat. Andere analisten zoals Ed Morse van Citigroup menen dat er in de tweede jaarhelft een overproductie aan olie zal zijn, en dus een afkoeling van de oliemarkt. ‘Veel hangt af van wat Poetin straks doet. Eens de situatie in Oekraïne is ontmijnd, voorspellen we bij BNPP Fortis een terugval naar een stabiele olieprijs van 70 à 80 dollar per vat’, besluit Gijsels.

TANGHE, N. Spookbeeld van dure olie is terug. De Standaard, 15 februari 2022,
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo