‘Alleen basisinkomen kan armoedeprobleem oplossen’

Terwijl de Vlaamse regering de jobbonus heeft aangekondigd, denkt sociologe Bea Cantillon aan een beperkte vorm van het basis­inkomen. Zij ziet geen andere weg naar de oplossing voor de armoede.
‘We zijn er niet in geslaagd om de bodem op te tillen.’ Het citaat van sociologe Bea Cantillon staat in De wereld waarvan wij droomden, het jongste boek van voormalig VRT-journalist Marc Van de Looverbosch. Het boek maakt een nostalgische trip naar zijn studentenjaren aan de Ufsia. Tijdens de boekvoorstelling betreurde de voor­malige directrice van het Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck en studiegenote van Van de Looverbosch dat de strijd tegen de armoede verloren leek. Ze zag nog een laatste redmiddel: de invoering van een basisinkomen.

Cantillons switch is opmerkelijk. De afgelopen twintig jaar verzette ze zich altijd tegen zo’n basisinkomen. Ze vond het onbetaalbaar. Bovendien bestond het risico dat de overheid haar handen van de sociale zekerheid trok. ‘U mag dat gerust zo noemen, inderdaad. Maar mijn conclusie is een gevolg van verder nadenken.’ Naar eigen zeggen is ze ook ‘radicaler’ geworden.

Het idee van het basisinkomen verleidt zowel rechtse als linkse denkers. Het kan de gaten dichtrijden die het complexe systeem van de sociale zekerheid over het hoofd ziet. Cantillon vertrekt van een nuchtere vaststelling: de afgelopen twintig jaar zijn de armoedecijfers niet meer gedaald. ‘Nochtans zijn er nog nooit zoveel mensen aan het werk geweest, al zijn het vooral hooggeschoolden. Ook de uit­gaven in de sociale zekerheid stijgen.’

‘Het naoorlogse systeem van ­sociale zekerheid – dat vertrok van economische groei, volledige ­tewerkstelling en bestaanszekerheid – is vastgelopen. De strijd ­tegen armoede en de bestaans­onzekerheid van gezinnen aan de rand van de arbeidsmarkt hapert.’

Inkomensgebouw optillen

Het probleem doet zich in alle rijke welvaarts­staten voor. De laagste ­lonen zitten tegen een glazen plafond aan. Dat zet een rem op het optrekken van de sociale minima tot boven de armoedegrens. Ze schurken te dicht bij het minimumloon aan, wat een werkloosheids­val genereert. Dat is volgens Cantillon ook het probleem met de job­bonus. Dat belastingvoordeel voor mensen met lage lonen moet werken aantrekkelijker maken. Volgens haar genereert de maatregel, waarover binnen de Vlaamse regering werd gediscussieerd, loon­vallen hogerop.

‘Daarom moeten we het volledige inkomensgebouw optillen.’ Zo stelt ze een beperkt basisinkomen van ongeveer 300 euro per maand voor. ‘Eigenlijk zijn we die puzzel voor een stuk al aan het leggen. Neem die werkbonus. Of de basiskinderbijslag. Zo’n basisinkomen tilt alles omhoog. Bewust gaat het slechts om een beperkt bedrag. Het is niet de bedoeling dat de sociale zekerheid op de schop gaat. Dat is bij andere voorstellen tot een universeel basis­inkomen wel het geval.’

Cantillon werkt aan een paper om het idee verder uit te werken. ‘De berekeningen moeten nog worden gemaakt. En natuurlijk moet worden bepaald wie er uiteindelijk recht op heeft: leeftijd, verblijfsvoorwaarden enzovoort. Maar in principe geldt het voor iedereen.’

Het geld moet uit de algemene middelen komen. De sociologe is steeds een voorstander geweest van een vermogens­belasting. Structureel ziet Cantillon geen andere oplossing. Het optrekken van de minimumlonen, betaald door de werkgevers, kan de concur­ren­tie­­positie ondergraven. ‘We zitten echt vast in die onderste regionen.’

Onbetaalde arbeid

Zo’n basisinkomen mag dan het doortrekken van een bepaalde lijn impliceren (kindergeld, werkbonus), het betekent een breuk met de sociale zekerheid als verzekeringssysteem. Mensen betalen sociale lasten om zich te verzekeren tegen ziekte, ouderdom of werkloosheid. Dat uitgangspunt botst steeds meer op zijn limieten. Een andere logica dringt zich op om bijvoorbeeld mensen die werken voor deelplatformen zoals Uber en Deliveroo tegemoet te komen.

Cantillon verwijst naar een reactie van haar Leuvense collega Wim Van Lancker. Die bekritiseerde het voorstel van federaal minister van Werk Pierre-Yves Dermagne (PS) dat werknemers de kans wil geven om bij eigen ontslag toch een uitkering te krijgen. Zo’n aanpak strookt niet met het verzekeringsprincipe, maar past wel binnen het denkkader van een basisinkomen. Hetzelfde geldt voor mensen die op dit moment onbetaalde arbeid of vrijwilligerswerk verrichten. Voor die laatste groep komt de overheid met een forfaitaire vergoeding over de brug.

BRINCKMAN, B. ‘Alleen basisinkomen kan armoedeprobleem oplossen’. De Standaard, 29 september 2021, 14.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo