Economisch herstel zal nog twee jaar duren

De Belgische economie wordt kunstmatig beademd. Daardoor vallen de gevolgen van de crisis qua koopkracht en op de arbeidsmarkt uiteindelijk nog relatief mee, zegt de Nationale Bank.
Wie weleens kijkt naar de televisieserie The Big Bang Theory, kent wellicht de kat van Schrödinger. Dat gedachte-experiment betreft een kat die in een doos wordt opgesloten met een dosis vergif die op een willekeurig tijdstip vrijkomt. De kat kan dus dood of levend zijn. Pas als het deksel wordt geopend, weten we hoe het beest eraan toe is.

Zo is het ook met de Belgische economie, vindt econoom Geert Langenus van de Nationale Bank. ‘De economie bevindt zich in een kunstmatige coma. Het is niet duidelijk welke schade er zal overblijven als de coronacrisis voorbij is.’ Een van de indicatoren over de ­comateuze staat van de economie zijn de faillissementscijfers. Ondanks een economische krimp die de bank dit jaar op 6,70 % raamt, gaan er minder bedrijven over de kop dan de vorige jaren. Een ander element is de werkloosheid. Die loopt maar traag op, doordat veel banen in stand gehouden worden met tijdelijke werkloosheid. Pas als het virus bedwongen is en de economische omstandigheden weer genormaliseerd zijn, weten we hoeveel bedrijven de crisis echt overleefd hebben en hoeveel jobs behouden blijven.

Rake klappen

Dat de Belgische economie rake klappen heeft gekregen, staat vast. Maar de rode draad in de presentatie die de Nationale Bank gisteren gaf, is dat de impact al bij al nog ­relatief meevalt. De impact op de ­arbeidsmarkt staat niet in verhouding tot de krimp van de economische activiteit. Als het stof zal zijn neergedwarreld, zullen er zo’n 100.000 jobs verloren zijn gegaan, raamt gouverneur Pierre Wunsch. Niet weinig, maar in verhouding tot de bijna 5 miljoen arbeidsplaatsen die België telt, valt dat nog mee.

Ook de koopkracht van de gezinnen blijft goed op peil, als je de omvang van de economische klap in aanmerking neemt. De Nationale Bank stelt vast dat de koopkracht per persoon slechts heel licht zakt. Wat er niet is uitbetaald aan lonen, wedden en dividenden is vrijwel integraal gecompenseerd door de steunmaatregelen van de regering. Volgend jaar zal de koopkracht zelfs weer toenemen, vermoedt de bank. ‘Dit is de grootste naoorlogse recessie, maar de impact ervan ligt in dezelfde grootteorde als na de oliecrisis, de financiële crisis of de eurocrisis’, stelt Wunsch. Dat komt doordat de overheid op grote schaal geld heeft uitgetrokken voor steunmaatregelen. Die steun is goedkoop te financieren doordat de centrale bank via gigantische kapitaalinjecties de rente laag houdt.

22 miljard spaargeld

Een opmerkelijk gegeven is ook dat de spaarquote van de Belgen tijdens de crisis de hoogte in is ­geschoten. Daardoor is 22 miljard ­euro meer gespaard dan zonder pandemie het geval zou zijn geweest. Als de consumenten volgend jaar het geld weer als vanouds laten rollen, zou dat de motor moeten worden van het economische herstel. Voor 2021 raamt de Nationale Bank de groei op 3,50 %, het jaar daarna zou 3,10 % groei volgen. Eind 2022 zou de economische activiteit weer het ­niveau van vóór de uitbraak moeten bereiken, enkele maanden na de eurozone als geheel. Dit alles in de veronderstelling dat de pandemie onder controle wordt gehouden, zodat de export en de industrie het weer beter zullen doen.

In tegenstelling tot de gezinnen zullen de bedrijven wel langere tijd de vinger op de knip houden. De bedrijfsinvesteringen blijven nog jarenlang onder het pre-corona­niveau. Dat heeft te maken met de grote mate van onzekerheid waarmee bedrijfsleiders nog altijd moeten afrekenen. Niet alleen het volatiele beleid rond de pandemie speelt hen parten, maar ook de Brexit-perikelen.

Daartegenover staat dat de overheidsinvesteringen wel flink toenemen, ook al door de Europese middelen die daarvoor beschikbaar zijn. De overheidsuitgaven blijven nog jarenlang de inkomsten ver overtreffen.

‘Ongezonde overheidsfinanciën’

De coronacrisis tast ook de ­gezondheid van de overheids­financiën aan, merkt de Nationale Bank op. Het begrotings­tekort zal dit jaar 10,60 % van het bbp bedragen, en zal de jaren daarna rond 6,00 % blijven ­hangen.

Gouverneur Pierre Wunsch acht een snelle terugkeer naar de Europese norm van 3,00 % ‘te ambitieus’, maar voorziet wel ­problemen als het cijfer niet over enkele jaren weer gaat dalen. De primaire uitgaven (zonder ­rentelasten) blijven de komende jaren rond 55,00 % van het bbp schommelen, terwijl de inkomsten iets meer dan 50,00 % bedragen. ‘Op termijn moet er een ­geloofwaardige daling van het ­tekort zijn, anders dreigt de rente op te lopen’, waarschuwt gouverneur Wunsch.

België behoort tot de landen die al in een relatief ongunstige begrotingssituatie verkeerden bij de uitbraak van de pandemie. ­Landen die de crisis ingingen met een begroting in evenwicht, kunnen zich nu meer permitteren dan landen die al met een ­tekort te kampen hadden.

MOOIJMAN, R. Economisch herstel zal nog twee jaar duren. De Standaard, 15 december 2020, 22.
E-mail Print kopieer
Copyright © 2024 Pelckmans maakt een deel uit van Pelckmans uitgevers
mens en samenleving logo