Het lijkt wel een militair kerkhof, daar aan de voet van het hoofdkwartier van de Verenigde Naties in New York. En in zekere zin is het dat ook.
Ooggetuige
Alleen symboliseren de 3.758 blauwe rugzakjes die Unicef er tot gisteren had opgesteld, geen volwassen, maar kindslachtoffers van politiek, militair en etnisch geweld.
In de aanloop naar de algemene vergadering van de VN, waar wereldleiders onder meer de dertigste verjaardag van het Verdrag inzake de rechten van het kind zullen vieren, moeten de zakjes de duizenden kinderen in herinnering brengen die stierven of gewond raakten in conflictgebieden als Afghanistan, de Centraal-Afrikaanse Republiek, Somalië, Zuid-Soedan, Syrië en Jemen.
Volgens een jaarrapport van de VN gaat het voor 2018 om meer dan 12.000 kinderen, het hoogste aantal ooit sinds het begin van de statistieken. Het werkelijke aantal slachtoffers ligt waarschijnlijk nog veel hoger, want het rapport bevat alleen de geverifieerde gevallen.
Blauw alarm. De Standaard, 13 september 2019, 18.
Bekijk ook dit filmpje